9493
De sociaal-economische voorschriften.
De sociaal-economische voorschriften, waarover door De
Nederlandsche Bank ter uitvoering van art. 10 der wet met
vertegenwoordigers van het boerenleenbankwezen bespre
kingen zijn gevoerd, hebben zowel betrekking op het bedrijf
van de Centrale Bank als dat van de aangesloten boerenleen
banken. Het betreft hier een z.g. monetaire dekkings- of
sociaal-economische liquiditeitsregeling en een credietpla-
fond-regeling.
Voor beide sociaal-economische uitvoeringsvoorschriften,
zowel voor die, welke betrekking hebben op de Centrale
Bank als voor die, welke betrekking hebben op de boeren
leenbanken, geldt evenwel, dat zij voorshands niet in wer
king treden. Zulks zal eerst dan het geval zijn, wanneer een
(nood)toesfand is ingetreden, welke naar het oordeel van
De Nederlandsche Bank in verband met de uitvoering van
haar monetaire taak zodanige voorschriften noodzakelijk
maakt. Uiteraard moeten wij daarbij denken aan een ongun
stige ontwikkeling van de betalingsbalans, als gevolg waar
van de nationale goud- en deviezenvoorraad op bedenke
lijke wijze zou beginnen te minderen. Alsdan hoopt De Ne
derlandsche Bank door een inkrimping van de mogelijkhe
den tot crediefverlening door het bankwezen de invoer uit
het buitenland te kunnen beperken. De sociaal-economische
voorschriften blijven derhalve voorshands in de ijskast, zo
lang onze nationale goud- en deviezenvoorraad behoorlijk
op peil blijft, zoals thans het geval is.
Het is evenwel van belang, dat tevoren overeenstemming
is ontstaan over de inhoud van bedoelde regelingen en dat
de besprekingen daarover in een rustige sfeer op technisch
niveau hebben kunnen plaats vinden. Indien te eniger tijd
De Nederlandsche Bank de invoering der bedoelde regelin
gen wenst te bevorderen, zal zij daartoe de procedure van
art. 10 der Wet Toezicht Crediefwezen alsnog moeten vol
gen. Deze houdt in, dat vertegenwoordigers van onze Cen
trale Bank alsdan worden gehoord over de opportuniteit van
de toepassing der betrokken voorschriften in de concrete
omstandigheden. Daarna wordt de Bankraad gehoord en ten
slotte behoeven de regelingen de goedkeuring van de
Kroon. Indien het besluit van de Kroon afwijkt van het advies