12- 2-'54 12-: >-'54 33^2% Nederland '47 987 (3,52%) 987m (3,55%) 3J^% Nederland 1953 100l0/ia (3,45%) 1007, (3,45%) 3% Grootboek 1946 987ie (3,19%) (3,31%) 3% Nederland '6264 100"/» (2,93%) 997, (3,05%) 3% Investeringscert. 100V2 (2,96%) 997ia (3,09%) 3J4%> Nederland 1954 987„ (3,40%) 987, (3,38%) 9507 9615/ie Verhandeling van effecten. In verschillende periodieken heeft men de laatste tijd een en ander kunnen lezen over de verplichting, om bij de aan- en verkoop van effecten gebruik te maken van de bemid deling van een bank of commissionnair in effecten. Wij me nen, dat het zijn nut heeft ook in onze Maandelijkse Mede delingen een enkel woord aan deze materie te wijden. De verplichting, waarom het hier gaat, is neergelegd in artikel 2 van de Beschikking Beursverkeer 1947; na een wijzi ging per 15 Februari jl. in verband met de opheffing van de Bedrijfsgroep Effectenhandel, waardoor aan de strekking van het artikel overigens niets veranderde, luidt de tekst hiervan als volgt: „De aankoop en de verkoop van effecten is, onvermin derd de daartoe vereiste vergunning van de afdeling „Effectenregistratie van de Raad voor het Rechtsherstel „in de gevallen, waarin deze is voorgeschreven, niet toe gestaan anders dan door tussenkomst van een lid van „de Vereeniging voor den Effectenhandel te Amsterdam, „van de Vereeniging van Effectenhandelaren te Rotter dam of van de Bond voor den Geld- en Effectenhandel „in de Provincie te 's-Gravenhage, tenzij met toestem- „ming van de Minister van Financiën. Deze toestemming „kan betrekking hebben op bepaalde gevallen of groe- „pen van gevallen". In artikel 7 van dezelfde beschikking is verder bepaald, dat handelingen in strijd met het hiervoor opgenomen artikel 2 worden beschouwd als misdrijven. Uit artikel 2 van de Beschikking Beursverkeer 1947, dat wij hierboven in zijn geheel citeerden, blijkt reeds, dat in som-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1954 | | pagina 19