9439 wil zien tot het eigenaardige spaar- en voorschofbedrijf, dat de boerenleenbank uitoefent. Dit nu kan nooit zover gaan, dat de boer middels zijn lidmaatschap van de boerenleen bank ook voor een deel het eigenlijke industriële risico zou lopen van de zuivelverwerking middels de financiering van de zuivel- of melkproducfenfabriek met een boerenleenbank- crediet. Dit industriële risico mag hij uitsluitend lopen krach tens zijn lidmaatschap van de zuivelcoöperatie zelf. Van deze taakverdeling in het coöperatiewezen dienen de coöperatie- besturen zich wel bewust te zijn. Met name dient de stelling te worden verworpen, dat de boer eigenlijk reeds krachtens zijn onbeperkte aansprakelijkheid als lid van de boerenleen bank al zou hebben ingetekend voor allerlei andere exploi tatierisico's, die zouden samenhangen met de financiering van hef landbouwcoöperatiewezen in de ruimste zin. Bij de financiering kan en mag de boerenleenbank en de boeren leenbankorganisatie niet verder gaan dan in overeenstemming is met het doel van haar spaar- en voorschofbedrijf, waarbij steeds voorop zal moeten staan, dat dit zodanig moet worden gevoerd, dat de spaarders te allen tijde weer voor de volle 100%) over hun spaargelden moeten kunnen beschikken. 3. De betekenis van de kapltaalverschaffing voor de conti nuïteit van het bedrijfsleven. De kapitaalverschaffing aan of de kapitaalvorming in de {coöperatieve) onderneming heeft nog een verdergaande strekking dan de risicobepaling. Zij dient n.l. ook de conti nuïteit van de onderneming te bevorderen, waaronder mede en zulks is zeker het geval in een land met een groeiende bevolking, zoals Nederland, een geleidelijke groei en ex pansie in overeenstemming met een noodzakelijke algemene vooruitgang in de maatschappelijke bedrijfsuitrusting dient te worden begrepen. De continuïteit nu van het bedrijf zal slechfs dan verzekerd zijn, indien bij voortduring wordt gestreefd naar een gezonde verhouding fussen eigen kapitaal en vreem de middelen. Zulks kan geschieden door aantrekking van ka pitaal of financieringsmiddelen van de leden dan wel door afschrijvingen of reserveringen. In dit verband moet worden opgemerkt, dat uit het oogpunt van de continuïteit van het bedrijf met een potentiële kapitaalverschaffing in de vorm

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1954 | | pagina 7