9484
tróle en uitreiking door de beheerders geschieden tege
lijkertijd.
Van de zijde van de Centrale Bank bestaat er geen enkel
bezwaar om deze controle-methode toe te passen. Mits
goed georganiseerd is het inderdaad de meest etfectieve
en de minst tijdrovende methode. Het vraagt echter heel
wat voorbereiding en ook heel wat van de werkkracht van
de kassier om een en ander vlot te doen verlopen.
De Inspectie stelt zich voor hierop nog in een uitvoerig
artikel in de Maandelijkse Mededelingen in te gaan.
Met groot genoegen, collega's, hebben wij kennis ge
nomen van de brief van collega Poelen en de commen
taren van de Directie en Inspectie der Centrale Bank.
Er was, sinds zich ergens een onaangenaam feit heeft voor
gedaan bij een onzer plaatselijke banken, een onbehaag
lijke stemming ontstaan bij een groot deel der kassiers.
Eerstens ontstond er de reactie op het feit zelf: een on
aangename gewaarwording, omdat een onzer zich zijn ambt
onwaardig toonde en daarmede een smet wierp op het on
berispelijke gewaad, waarin de kassier zich tof dan toe ver
toonde.
Vervolgens kwam de scherpe reactie van de Centrale
Bank, die logischerwijze de beheerders opmerkzaam maak
te op de feilen in hef contrólewerk en de middelen aangaf
om de controle sluitend te maken.
Niet hef feit van de verscherpte controle op zich, noch de
bekendmaking van de omstandigheden en hef instruéren van
de beheerders, geven een kassier aanleiding om zich on
behaaglijk te voelen. Controle is immers nodig, dat zal nie
mand ontkennen.
De wijze echter, waarop de beheerders werden „bewerkt"
en hun duidelijk gemaakt werd, welke „gevaren" er drei
gen, veroorzaakte de onbehaaglijke stemming.
De brief van collega Poelen, prettig geschreven met een
soort galgenhumor, verraadt deze stemming. En de brief
van de Directie der Centrale Bank geeft overduidelijk blijk
van een juist aanvoelen dezer stemming.
In de laatstgenoemde brief zien wij overduidelijk olie op