9435 ren en Tuindersbond, dat op het einde van de vorige eeuw de stoot werd gegeven tot de oprichting van boerenleenban ken op coöperatieve grondslag. Daarmee werd de basis ge legd voor het moderne landbouwcredietwezen, zoals wij dat tegenwoordig kennen. Het is nauwelijks te geloven, dat uit het zo simpel begon nen pionierswerk van Pater van den Eisen en een rector van der Marck, die beide forse organisaties zijn gegroeid van de Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht met 732 en van de Cen trale Boerenleenbank te Eindhoven met 591 aangesloten Boe renleenbanken. Beide bedekken zij practisch het gehele platteland van Nederland. Het is daarbij een merkwaardige speling van het lot ge weest, dat juist de Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht, die zich later in algemene of neutrale richting heeft ontwikkeld, door de Nederlandse Boerenbond werd opgericht. De Cen trale Boerenleenbank van Eindhoven werd op initiatief van de beide genoemde geestelijken in het leven geroepen door de toenmaals reeds bestaande boerenleenbanken, die werk zaam waren in de rechtsvorm van de Koninklijk goedgekeur de vereniging. Als zodanig konden deze boerenleenbanken niet bij de Centrale Bank van Utrecht terecht, daar deze uit sluitend als lid aannam boerenleenbanken opgericht in de rechtsvorm van de coöperatieve vereniging. Een grote rol heeft dit verschil in rechtsvorm overigens nooit gespeeld. De statutaire grondslag van beide soorten boerenleenbanken is nagenoeg gelijk. Haar voornaamste kenmerk is de onbe perkte aansprakelijkheid der leden, de beperkte werkkring van de boerenleenbank en de onbezoldigde uitoefening door de beheerders van hun functies. Daardoor zijn de boe renleenbanken bij uitstek sociale instellingen, zowel in haar "ffunctie als spaarbank van het platteland en als crediet- en voorschotbank voor de leden. Wist U, luisteraars, dat het boerenleenbankwezen in feite de grootste spaarbankorganisatie van Nederland is! Toch is dit zo: aan de z.g. Bondspaarbanken aangesloten bij de Spaar- bankbond van Amersfoort zijn 1% milliard gulden aan spaar gelden toevertrouwd, aan de Rijkspostspaarbank rond 1,4 mil-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1954 | | pagina 3