9453
Laten onze landbouwcoöperaties en met name de coö
peratieve zuivelindustrie, als een van de oudste en belang
rijkste Nederlandse bedrijfstakken, Het Nederlandse bedrijfs
leven ten voorbeeld wezen, hoe onze coöperatieve zuivel
in een herrezen en zich-zelf-reddend Nederland zich zelf
weet fe helpen, ook wat betreft de financiering van haar
investeringen.
BIJ EEN AFSCHEID.
Op 13 Februari j.l. was de gehele inspectiedienst bijeen
onder leiding van de directie van de Centrale Bank ten af
scheid van de heer M. C. J. Scheffers, inspecteur bij de Cen
trale Bank, die met ingang van 15 Februari de dienst van
de Centrale Bank zou gaan verlaten. Ook de Voorzitfer van
het Bestuur kwam daarbij nog even afscheid nemen van deze
gewaardeerde inspecteur.
Op 1 Januari 1942 kwam de heer Scheffers in dienst bij de
Centrale Bank als adjunct-inspecteur, waarna per 1 Maart 1945
zijn benoeming volgde tot inspecteur. Ruim 14 jaar is de
heer Scheffers in dienst van de Centrale Bank geweest. Een
betrekkelijk korte tijd, maar toch lang genoeg voor de heer
Scheffers om daarin zijn stempel te drukken op de ontwik
keling van het boerenleenbankwezen.
Hij was een all-round inspecteur. De controle en de con
trole-techniek lagen hem na aan het hart, evenals het admi
nistratief systeem van de boerenleenbanken, op welk gebied
hij baanbrekend werk heeft verricht onder meer met de me
chanisatie van de boekhouding van een aantal boerenleen
banken. Hij muntte uit in het vertrouwvol beraad met be
heerders en kassiers van boerenleenbanken ter bepaling van
het beleid, dat in het belang van de leden en van de eigen
boerenleenbanken zou moeten worden gevoerd. Veelvuldig
trad de heer Scheffers ook op als spreker ter algemene ver
gadering van boerenleenbanken of als inleider op de half
jaarlijkse cursussen voor beheerders en kassiers, waarbij men
dan alfijd op een gedegen uiteenzetting kon rekenen, die
aan duidelijkheid niets te wensen overliet.