9361
III. Zoals onder I. is gezegd behoeft om rechtsgeldig te
II. Onder land wordt verstaan: grond, waarop enige vorm
van landbouw wordt of onmiddellijk kan worden uitgeoefend.
Onder land valt dus niet alleen grond welke reeds door de
landbouw wordt gebruikt doch ook grond, welke zonder dat
daartoe nadere maatregelen vereist zijn voor de landbouw
gebruikt kan worden. Is een land echter niet groter dan
25 are en behoort het bij een burgerwoonhuis, dan valt het
niet onder de wet, terwijl de Grondkamer kan bepalen, dat
bij burgerwoonhuizen behorend land groter dan 25 are even
eens niet onder de wet valt.
Onder land wordt bovendien verstaan:
a. opstallen welke zijn ingericht voor en dienen tot de uit
oefening van de landbouw;
b. de bij een landbouwbedrijf behorende woningen;
c. de bij een landbouwbedrijf behorende erven en andere
gronden met inbegrip van de zich daarop bevindende
houtopstanden m.a.w. woeste grond welke tot een hoeve
behoort en daarmede één geheel uitmaakt valt evenals
de tot een landbouwbedrijf behorende onbeduidende
complexen bos onder het begrip land.
Onder landbouw wordt verstaan: akkerbouw, weidebouw,
veehouderij, pluimveehouderij, tuinbouw met inbegrip van
fruitteelt en het kweken van bomen,bloemen en bloembollen,
teelt van griendhout en elke andere tak van bodemcultuur
met uitzondering van bosbouw. Behalve de evengenoemde
tot een landbouwbedrijf behorende onbeduidende stukken
bos vallen bossen dus niet onder de wet.
Met zakelijk recht wordt in de wet bedoeld: het recht van
erfpacht, opstal, beklemming of vruchtgebruik en met zake
lijk gerechtigde: de erfpachter, opstalhouder, beklemde meier
of vruchtgebruiker, terwijl onder tegenprestatie wordt ver
staan: de prijs welke voor het land of het zakelijk recht op
het land is verschuldigd, dus de in geld uitgedrukte tegen
prestatie.
Wanneer in het navolgende wordt gesproken van land,
landbouw, zakelijk recht, zakelijk gerechtigde en tegenpre
statie wordt dus met die termen bedoeld hetgeen hierboven
bij ieder dezer is aangegeven.