9322 Ook de door de wet geschapen mogelijkheid voor de be trokken Duitser om, ingeval vermogensbestanddelen zijn ver kocht, daarvan in beroep te komen bij de voorzitter van de Raad voor het Rechtsherstel, ligt op het terrein van de recht spraak en onttrekt zich aan het treffen van maatregelen door ondergetekende. Zoals reeds werd opgemerkt, worden, blijkens de jurispru dentie van de voorzitter van de Raad, zoals die tot heden toe is geweest, verkopen van landerijen door het Beheers instituut slechts in enkele uitzonderingsgevallen ongedaan gemaakt. In de vier hierboven vermelde gevallen geschiedde dit, omdat het Beheersinstituut had verkocht op een tijdstip, waarop naar het oordeel van de voorzitter de „ontvijanding" van de betrokken Duitser met grote waarschijnlijkheid kon worden verwacht, weshalve de opbrengst van zijn vermo gen toch niet zou kunnen worden aangewend voor vergoe ding van oorlogsschade en derhalve het beroep van hef Be- heerinstituut op het algemeen belang, dat spoedig realisatie van het vijandelijk vermogen vordert, moest falen. Voor de toekomst is op grond van bovenvermelde gegevens te ver wachten, dat ongedaanmaking van verkopen uitzondering zal blijven. De ondergetekende wil er in dit verband nog op wijzen, dat in het geval, dat aanleiding voor het stellen der vraag is geworden, de koper, hoewel hij daartoe in de gelegenheid is gesteld, niet in het geding is opgekomen. Mogelijk zou hij, indien hij verschenen ware, een aantal in het vonnis ver melde factoren, welke kennelijk te zijnen ongunste hebben gestrekt, hebben kunnen tegenspreken of althans daarop een ander licht hebben kunnen werpen. Het enige, dat kan worden gedaan, is de kopers er van te doordringen, dat zij verstandig doen in deze vernietigings procedures zo goed mogelijk voor hun eigen belangen op te komen. De ondergetekende meent, dat, dank zij de ruime publicatie, welke aan het onderhavige geval is gegeven, de kopers thans wel voldoende waakzaam zijn. Voor zover nodig, zal het beheersinstituut echter de kopers hierop wijzen. De vraag, of aan gedupeerde kopers van grenslanderijen

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1953 | | pagina 26