9152
hoewel fevoren nog eens de farieven verlaagd waren voor
eenjaars-schalkisfpromessen fot %°/o en voor 5 jaar lopende
schatkistbiljetten tot 2]4,°/o. Het is begrijpelijk, dat het niet
kunnen beleggen in schatkistpapier vooral fnuikend is voor
de bedragen, die zijn belegd in schatkistpapier, dat afloopt
en die niet kunnen worden herbelegd.
Eerst nadat de stagnatie op de geldmarkt was ontstaan,
is De Nederlandsche Bank ertoe overgegaan om geleidelijk
het kapitaalverkeer met het buitenland enigszins te verrui
men. Aanvankelijk alleen bij wijze van bijzondere gunst aan
een tweetal grote bankinstellingen, die vergunning verkregen
om voor 50 millioen Belgisch schatkistpapier in guldens
luidende over te nemen. Deze instellingen maakten daar
mede geen slechte zaak. Het koersrisico van een eventuele
daling van de Belgische franc ten opzichte van de gulden
werd voor rekening van België gelaten. Voorts werd een
rente van 2j/2°/o bedongen bij een looptijd van een jaar.
De Belgische Schatkist schijnt derhalve heel wat minder
schriel dan de Nederlandse Schatkist, immers het percentage
van %°/o steekt wel erg mager af tegenover de door België
geboden 2x/2°/o. Zoals gezegd, dit voordeel was slechts voor
enige Nederlandse bankinstellingen. Het spaar- en boeren
leenbankwezen kwam daaraan niet te pas. Naderhand kwam
nog een enkele andere verruiming in het kapitaalverkeer
met het buitenland tot stand en wel in deze zin, dat de
bankinstellingen tegenover buitenlandse tegoeden van cliën
ten, die beperkt werden toegelaten, in staat werden gesteld
bepaalde buitenlandse beleggingen te doen, zoals de aan
koop van buitenlands schatkistpapier. Bij deze transacties
komt het koersrisico voor rekening van de cliënten. Wellicht
kunnen zij ook iets profiteren van de voordeliger rentecon
dities, die de buitenlandse beleggingen aan de banken op
leveren; dit zijn de z.g. aantrekkelijke rente-condities, waar
over men de bankinstellingen blijkens de annonces in bij
zondere gevallen dient te raadplegen. Ook deze betere be
leggingsmogelijkheden gaan practisch buiten het spaar- en
boerenleenbankwezen om.
Inmiddels werd evenwel de beleggingsinstellingen een
nieuwe Staatslening in uitzicht gesteld. Tevoren werd er al