termijn aan zijn verplichtingen tof dusver heeft voldaan, kan
9181
slag in minder dan zeven termijnen vervalt, pas na het ver
schijnen van de laatste vervaldag met de tweede vervolging
aanvangen. Indien men bij het vervallen van de tweede
desgewenst met het restant van de aanslag gewacht worden
tot uiterlijk de laatste vervaldag.
Is de aanslag invorderbaar in zeven of meer termijnen,
dan heeft er bovendien nog een tussenvervolging plaats en
wel na het vervallen van de vijfde termijn. De Ontvanger
kan deze tussenvervolging achterwege laten voor aanslagen,
waarop vóór of kort na de eerste vervolging de helft is vol
daan. Indien op een dergelijke aanslag vóór of uiterlijk op
de tweede vervaldag ruim de helft is voldaan, mag verwacht
worden, dat de Ontvanger geen aanmaning bij de tussen
vervolging zal zenden. Met de voldoening van het restant
van de aanslag kan dan gewacht worden tot uiterlijk de laat
ste vervaldag.
Indien een aanslag niet tijdig op de vorenomschreven
wijze is voldaan, zal de Ontvanger een aanmaning zenden,
waarvan de kosten 0,25 bedragen. Als de vervolging we
gens niet-betaling moet worden voortgezet, kan de Ontvan
ger reeds 10 dagen na de dagtekening der aanmaning een
dwangbevel uitvaardigen.
Voor de betekening van een dwangbevel, hetwelk door
de Rijksontvanger aan de belastingdeurwaarder wordt opge
dragen, is verschuldigd:
f 0.40 indien de gevorderde som minder dan f 5(— bedraagt;
f 0.50 f5,— doch minder dan f 10,— is
f 060 f 10,- f 20,-
f 0.75 1 20,-f 40,-
f 100 f 40,- f 70,-
f 1-S0 f 70,-f 100,-
Bedraagt het gevorderde bedrag 100,of meer, dan
is verschuldigd 2,50 plus 1,— voor elk bedrag van
100,waarmede zij het bedrag van 100,te boven
gaat.
Na de betekening van het dwangbevel volgt na twee da
gen nog een herhaald bevel tot betaling waarna, bij niet
voldoening van het verschuldigde, het dwangbevel ten uit
voer gelegd kan worden. Dit wil zeggen, dat beslag wordt
gelegd op alle of bepaalde roerende en onroerende goe
deren van de belastingplichtige, zonodig gevolgd door ver-
