9082 bare spaargelden werkt, langlopende credieten zou kunnen geven, waartoe de boerenleenbanken bij de toenmalige on gunstige verhouding van de verleende voorschotten en de ingelegde spaargelden (56% der spaargelden was in lenin gen vastgelegd) niet in staat waren, wilden zij een veilige financiële politiek voeren. Daarom volgt echter, dat ook de boerenleenbanken een taak op het gebied van het verlenen van langlopend crediet behouden, die uitgebreider en rui mer kan worden gedacht naar mate de verhouding tussen voorschotten en spaargelden anders zou komen te liggen, en dus in bijzondere mate, indien die andere verhouding geacht zou mogen worden een min of meer blijvend karakter te hebben gekregen. Het is hierbij vóór alles de vraag, op welke wijze de totale belangen van het landbouwcredief het best zijn gediend, op welke wijze de geldbehoevende boeren en tuinders, onder volledige verzekering van de veiligheid en de genoegzame liquiditeit der ingelegde spaargelden, op de meest voor delige en de meest doelmatige manier aan de nodige gelden kunnen worden geholpen. Alleen het belang der leden van onze boerenleenbanken, der spaarders en der voorschotne mers, mag hier de doorslag geven. Het kan nooit gaan om de belangen der Boeren-Hypotheekbank op zich zelve be schouwd of om de belangen der boerenleenbanken alleen. Hef kan alleen gaan om de beste organisatie van het geheel onzer instellingen. De taakverdeling tussen de locale boerenleenbanken en de Boeren-Hypotheekbank ten opzichte van het verlenen van langlopende credieten is door de steller van het rap port blijkbaar aldus gedacht, dat de Boeren-Hypotheekbank het aangewezen orgaan is om vaste credieten voor lange tijd beschikbaar te stellen, die onafhankelijk zullen zijn van de op- en neergaande fluctuatie van de rentestand en van de beperktheid of de ruimte van de geld- of kapitaalmarkt. Deze leningen zijn daarom onopzegbaar, zolang de debiteur zijn verplichtingen nakomt, en worden in regelmatige op lange termijn berekende afbetalingen afgelost, behoudens dat eer dere aflossing op wens van de geldnemer ook bij gedeelten te allen tijde is toegestaan. De rente verandert niet, daar

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1953 | | pagina 6