9131
D. Schenkingsrecht.
Terzake van iedere schenking is door de begiftigde in be
ginsel schenkingsrecht verschuldigd. De Successiewet bevat
echter diverse vrijstellingen van het schenkingsrecht. Zo is
onder meer vrij iedere schenking, welke 2000,niet te
boven gaat. Voorts bepaalt de Successiewet, dat de Minister
van Financiën bevoegd is kwijtschelding te verlenen van het
schenkingsrecht, verschuldigd wegens een schenking ten al
gemene nutte, die aan een bepaald tijdstip of een bepaalde
gebeurtenis is gebonden. Gebruik makende van deze wette
lijke bevoegdheid een nadere legalisatie is derhalve over
bodig heeft de Minister van Financiën op voorhand kwijt
schelding van het schenkingsrecht verleend, dat verschuldigd
zou kunnen worden terzake van de hulpverlening aan de
getroffen gebieden, mits de schenking (geld of goed) ge
schiedt aan het Nationaal Rampenfonds of aan het Neder
landse Rode Kruis.
Thans zullen wij de voorstellen met betrekking tot de in
komsten-, loon- en vennootschapsbelasting, neergelegd in
het in de aanvang van dit artikel genoemde wetsontwerp,
nader onder de loupe nemen.
De thans geldende bepalingen verlenen zoals uit het vo
renstaande wel duidelijk zal zijn in het algemeen geen faci-
liteiten voor giften van Jan of N.V. Jan aan Piet. Het gaat om
het algemeen karakter van de hulpverlening. Zo ook bij het
onderhavige wetsontwerp, hetwelk nog een stap verder gaat
en het algemeen karakter alleen wenst toe te kennen aan gif
ten aan het Nationaal Rampenfonds of aan het Nederlandse
Rode Kruis en dit bovendien alleen nog maar voor giften
gedaan na 31 Januari 1953 en vóór 1 Januari 1954. Voor gif
ten aan het Nationaal Rampenfonds of aan het Nederlandse
Rode Kruis gedaan vóór 31 Januari 1953 of na 31 December
1953 gelden dan ook de hiervoor geschetste gewone rege
lingen.
Met betrekking tot het Nationaal Rampenfonds zij nog op
gemerkt, dat als giften aan dit fonds ook worden aangemerkt
giffen in natura (vee, veevoeder, landbouwwerktuigen e.d.),
welke zijn of worden gedaan aan de Coördinatie-commissie