9032
Indien ik goed ben ingelichf, kwam dit punt ook op de
agenda zowel der najaarscursussen als van de voorjaarscur
sussen voor, doch is er van de zijde der beheerders van
geen enkele boerenleenbank ingegaan op hetgeen daarover
toen door de directeuren is aangeroerd.
Maar hoe dit ook zij, ons Bestuur was voornemens in deze
Algemene Vergadering de vraag aan de orde te stellen, of
de redactie van artikel 8 van het Huishoudelijk Reglement
misschien anders moet worden geformuleerd om elke moge
lijkheid van misverstand uit te sluiten.
Hef is alleen te wijten aan de omstandigheid, dat intussen
zo vele andere dringende zaken de aandacht van het be
stuur en de directie de laatste maanden geheel in beslag
hebben genomen, dat het bestuur niet tijdig met een voor
stel daaromtrent gereed is kunnen komen om dit nog in deze
algemene vergadering ter tafel te kunnen brengen. Ik zou
daarom degenen, die overigens behoefte mochten gevoelen
over deze aangelegenheid hef woord te voeren, in overwe
ging willen geven nog wat geduld te willen beoefenen, want
in de eerstvolgende Algemene Vergadering zal dit punt we
derom aan de orde komen, nadat daarover in de bekende
cursussen zo nodig tevoren nog in kleinere kring van ge
dachten kan zijn gewiseld. Tevens kan dan de vraag onder
ogen worden gezien, of het wenselijk is nog op andere pun
ten het Huishoudelijk Reglement te herzien.
Ik kom thans, Mijne Heren, tot de aangelegenheden van
persoonlijke aard. In onze vorige Algemene Vergadering
moest ik U mededelen, dat het lid van onze Raad van Toe
zicht de Heer Leenfvaar wegens ziekte verhinderd was de
vergadering bij te wonen. Vrij spoedig daarna is de Heer
Leenfvaar overleden. Bij zijn begrafenis werd de Centrale
Bank vertegenwoordigd door de Voorzitter van het Bestuur,
de Heer Fleskens. Ik maak nu van de gelegenheid, dat wij
hier verenigd zijn, gaarne gebruik om onze deelneming te
betuigen in het grote verlies, dat de nabestaanden en de in
stellingen, waarvan hij deel uitmaakte, hebben geleden door
het overlijden van de Heer Leenfvaar. Wij zullen wegens de
grote belangstelling, die hij voor het werk onzer boeren-