9013
Organiseren om materiële belangen? Naar wij veronderstel
len worden deze behoorlijk behariigd en is er o.i. daarvoor
geen organisatie nodig. Als wij het uiterste gaan vragen dan
geloven wij niet dat wij nog de naam „kassier" moeten dra
gen. Wij houden het bij de Boerenbond, dat houdt de geest
gezond.
Kassier Alofs van Gendt. Ik heb het artikel van de collega
van Meerlo nog eens nagelezen, doch kan niet aan de indruk
ontkomen dat hij het geheel wat te simplistisch ziet. Boven
dien heb ik de indruk dat hij een stokpaardje berijdt.
Voorop wil ik stellen dat de kassier georganiseerd moet
zijn. Over het geheel genomen ben ik het dan ook volkomen
met Uw standpunt eens.
Zoals U in Uw antwoord liet uitkomen, is het de wens van
de geestelijke overheid dat men lid wordt van een R.K.
Standsorganisatie. Iemand die zich hieraan onttrekt, parasi
teert m.i. op zijn wei-georganiseerde standgenoten. Boven
dien vormen de standsorganisaties een vorm van lekenapos-
tolaat, waaraan iemand zich niet maar zonder meer mag ont
trekken. Tot zover kunnen de collega van Meerlo en onder
getekende het dus wel eens worden.
Nu echter de vraag naar voren komt: welke standsorgani
satie, heb ik de statuten van de A.B.T.B. er eens op nage
slagen.
Artikel 2 (doel) zegt: De Bond heett ten doel de godsdien
stige, zedelijke en maatschappelijke en stoffelijke belangen
der boeren en tuinders en hun gezinnen te behartigen, om
zodoende een degelijke en welvarende boeren- en tuinders
stand te vormen op grondslag van de katholieke beginselen.
In art. 3 (Middelen om dit doel te bereiken) wordt met
geen enkel woord gerept over de behartiging van de be
langen der werknemers in het boeren- en tuindersbedrijf.
In art. 6 (Over de leden): Er worden 3 soorten leden on
derscheiden en wel: a. werkende leden kunnen worden alle
R.K. personen, die het boeren en/of tuindersbedrijf, anders
dan in loondienst, uitsluitend of in hoofdzaak beoefenen;
b. buitengewone leden: dit kunnen worden rechtspersoonlijk
heid bezittende verenigingen op het gebied van land- en
tuinbouw werkzaam; c. leden van verdienste, zij die zich voor
de bond bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt.