9001
een akfe van een vroegere datum voorzien, zonder dat deze
manipulaties te bewijzen zijn. Doch het euvel van de schijn-
akfe en de anfidatering wordt door de invoering van het
bezitloos pandrecht niet voorkomen. Het enige middel dat
in deze zou baten is bij de wet voor te schrijven, dat het ver
krijgen van zekerheidseigendom of van bezitloos pandrecht
slechts mogelijk is voor erkende credietinstellingen. In het
maatschappelijk verkeer is echter de figuur van de zeker
heidseigendom dermate ingeburgerd, dat een beperking van
deze waarborg (of van het eventueel in te voeren bezitloos
pandrecht) tot erkende credietinstellingen of andere met na
me te noemen instellingen of personen bezwaarlijk te verde
digen valt. Een verbod echter van overdracht tot zekerheid of
van verlening van bezitloos pandrecht tussen personen die
elkaar bestaan tot en met de derde graad van bloed- of aan
verwantschap komt ons ter voorkoming van het opmaken van
schijnakten in ieder geval noodzakelijk voor. Ook dient het
opmaken van een akte dwingend te worden voorgeschreven
teneinde de mogelijkheid om met behulp van kwaadwillen
den een mondelinge zekerheidsoverdracht of de monde
linge vestiging van een bezitloos pandrecht te bewijzen bij
voorbaat de pas af te snijden. De akte moet voorts eerst
geacht worden te hebben bestaan op de dag, waarop zij is
geregistreerd, ook al draagt zij een vroegere datum. Anti
datering is dan onmogelijk, terwijl de eis van registratie
bovendien het opmaken van schijnakten tot op zekere hoogte
zal tegengaan. Ook wordt hiermede voorkomen dat soms
een geregistreerde akte moet wijken voor hetzij een in het
geheel niet geregistreerde akte met vroegere datum hetzij
een eerst later geregistreerde akte met vroegere datum. De
datum der registratie moet dus om knoeierij te voorkomen
beslissend zijn, waarbij wij voorlopig in het midden laten in
welke soort registers de inschrijving zou moeten plaats
hebben.
Ook wij achten het een bezwaar van de zekerheidseigen
dom dat de schuldeiser, die immers alleen zakelijke zeker
heid verlangt, in werkelijkheid eigendom verkrijgt. De schuld
eiser zou de aan zijn hoedanigheid van eigenaar verbonden
beschikkingsmacht kunnen gaan uitoefenen waardoor b.v.
van een behoorlijke executie en van een verantwoording