8905
froffen werd, in de wederopbouw ten zeerste gehandicapt
zijn. De ramp moet gezien worden ais een nationale ramp
en de kosten van het herstel der schade moeten gedragen
worden door de gehele natie. „Heel het land en heel het
volk", zo schreef het Financieel Dagblad (12 Februari), „heeft
borg te staan voor dat herstel. De spontaniteit waarmede ge
geven is en gegeven wordt kan worden opgevat als een
bewijs dat het volk van Nederland zich uitgesproken heeft
voor een integrale vergoeding van de geleden schade, voor
zover die schade in geld waardeerbaar is".
Voor een gedeelte zal de schadeloosstelling gefinancierd
kunnen worden met behulp van de gelden, welke in zo rui
me mate vanuit binnen- en buitenland in het Nationaal Ram
penfonds vloeien. Dit Fonds zou in de eerste plaats gebruikt
worden tot leniging van de nood en tot vergoeding van
schade in de persoonlijke sfeer d.w.z. levensonderhoud, kle
ding, dekking, schoeisel en huisraad. Het overige deel der
schade zou gefinancierd moeten worden via rijksmiddelen.
Vanzelfsprekend zal de Overheid bij de vaststelling van de
wijze, waarop zij het herstel der schade financieren zal, re
kening moeten houden met de algemene economische po
sitie van ons land en met de verschillende taken, welke zij
nu heeft, zoals de opbouw van een krachtig militair apparaat,
de uitbouw van de (industriële) werkgelegenheid, de ver
hoging van onze export, de handhaving van het monetaire
evenwicht, enz.
Mogelijk kan het feit, dat de watersnood de plannen ten
aanzien van de financiering van een sterker militair apparaat
in de war heeft gestuurd en het nu voor ons land bijzonder
moeilijk zal zijn voldoende middelen hiervoor beschikbaar
te stellen, voor de Verenigde Staten aanleiding zijn om
Nederland opnieuw economische hulp te verlenen. Toen ons
land enige weken vóór de ramp afstand deed van econo
mische hulpverlening door Amerika, werd door de Ver
enigde Staten en Nederland uitdrukkelijk overeengekomen,
dat bij wijziging der omstandigheden op dit besluit zou kun
nen worden teruggekomen. In dit verband is het misschien
een gunstige omstandigheid, dat de Amerikaanse Staatsse-
Wij zijn voorshands van mening, dat de verwijzing van een zo
belangrijke schade-categorie als de huisraadschade in haar geheel naar
het Rampenfonds niet wenselijk is.
