8882 de, in zijn voordracht voor een Europees Landbouwcongres: namelijk dienstbaar zijn aan de boeren en aan de plattelands bevolking in het algemeen. Het innemen van een dusdanig standpunt ligt hier ter plaatse voor de hand, omdat de bank haar werkzaamheden uitstrekt over een gebied met een inwonertal van in totaal slechts plm. 2000 personen, waarvan het merendeel niet- landbouwer. Zou zij haar werking beperkt hebben tot uitslui tend landbouwers, dan zou zij een zielig geval zijn gebleven met onbeduidende werking. Tengevolge van die taak-opvatting is de toestand bij onze bank op heden zo ongeveer als volgt: Spaargelden 1 mil- lioen, waarvan 6 ton afkomstig van niet-landbouwers. Uit leningen in totaal 3 ton, waarvan 2 ton verstrekt aan niet- landbouwers. Het behoeft geen nader betoog, dat de bemoeienis buiten het terrein van de landbouw de rentabiliteit der bank zeer gunstig beinvloedt, doch dat ook de kassierswerkzaamheden daardoor aanmerkelijk worden verzwaard. Dat ondergetekende met gemengde gevoelens kennis nam van het jongste rapport der Commissie voor de Kas siersbezoldiging, ligt dan ook voor de hand. Voor de bere kening van het kassierssalaris blijven immers buiten beschou wing de uitleningen buiten de landbouw. Welke kwalificatie aan een dergelijk standpunt moet wor den gegeven, zullen alleen die kassiers aanvoelen, die, voor wat de werking hunner bank betreft, in dezelfde schoenen staan als ik. Het heeft dan ook mijn verwondering gewekt, dat van die zijde nog niet gereageerd werd, althans in de Mededelingen niet, op de onbillijkheid van de gewraakte bepaling. Ik zal er alleen dit van zeggen: T3at een gewone sterveling wel eens dingen doet die minder netjes zijn, is tot op zekere hoogte nog te verontschuldigen, doch dat onze centrale aan derge lijke onbillijkheid medewerking kan verlenen, is me erg tegengevallen. Of betreft het hier misschien een ingenieus idee van de C.C.B. zelf, ter bereiking van een niet goed te motiveren doel? Daf zou de zaak erger maken. Laat men toch niet komen met de dooddoener: we moe ten het geld beschikbaar houden ten behoeve van de land-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1953 | | pagina 52