8806
zeer gunstig zijn, dan zal de Overheid aan de landbouw
geen garantie op een lonend niveau (kunnen) geven. Dit
wil niet zeggen, dat de Overheid onder deze omstandighe
den niets voor de landbouw zal doen, maar het houdt wel in,
dat de agrarische bedrijfstak dan niet kan rekenen op een zo
danige hulp van de Overheid, dat een redelijk inkomen voor
het gros van de bedrijven gewaarborgd wordt. Men moet
hierbij het verschil tussen redelijke prijzen en redelijk inko
men niet uit het oog verliezen. Het zal voor de Overheid
soms misschien wel mogelijk zijn om de prijzen van be
paalde producten op een redelijke niveau te handhaven,
maar alleen door middel van een drastische beperking van
de productie, waardoor van een redelijk inkomen voor de
boeren geen sprake zal kunnen zijn.
De geschiedenis van de laatste jaren heeft trouwens reeds
duidelijk aangetoond, dat de Overheid niet bereid is aan
de landbouw garanties op een lonend niveau te geven, wan
neer de kans, dat deze garanties, waar gemaakt moeten wor
den, betrekkelijk groot is. Men denke slechts aan de gang
van zaken met betrekking tot het niet verlenen van een
overheidsgarantie voor de pluimveehouderij en ten aanzien
van het weerstandsfonds voor de tuinbouw. Speciaal voor
die producten, waarvan een groot deel geëxporteerd moet
worden, wil de Overheid ofwel geen garanfie geven ofwel
slechts onder zeer stringente voorwaarden ten aanzien van
productie en afzet. De huidige prijsgaranties in de akker
bouwsector (vooral voor tarwe en suikerbieten) schijnen
vooral ten doel te hebben de prijzen hier te lande beneden
het prijsniveau op de wereldmarkt te houden. De minimum
prijs-garantie voor de melk kan men niet los zien van de
subsidiëring van de consumptiemelk met vele millioenen
guldens boerengeld (Zuivelfonds). De prijsgarantie voor
baconvarkens, welke ook bedoeld is als een zekere garantie
voor de gehele varkenshouderij, begint te wankelen, nu de
export van varkensvlees moeilijker is geworden.
We laten hier de vraag buiten beschouwing, of de Over
heid hier juist of niet juist handelt. Doch wel staat vast, dat
boeren en tuinders er verstandig aan zullen doen niet al te
veel te verwachten van hulp van de Overheid, wanneer deze