8762
totale geldhoeveelheid zeer ruim en in de tweede week
dezer maand kon De Nederlandsche Bank een deviezenwinst
annonceren, die wederom alle voorgaande weekrecords
overtrof. Wat er nog van het 4}4%-30-jarige leningtype
werd uitgeschreven werd vele malen overtekend; mét het
afnemen dezer emissie-activiteit stegen de koersen der reeds
genoteerde 4340/o-leningen tot 102 a 103%. Was dit op zich
zelf reeds een teken, dat de algemene rentevoet is gedaald
tot beneden de maxima van het geldende rentegamma der
overheid, ook op andere punten uitte zich dit verschijnsel en
wel op meer directe wijze. Voor 6-jarige leningen, waarvoor
het gamma een rentevoet van 334% bij uitgifte a pari toe
staat, kon door enkele gemeenten reeds in October bij een
rente van 334% een uitgiftekoers van 100/4% worden be
dongen: de leningen slaagden. En thans beleven wij dezelf
de doorbraak op het terrein der 30-jarige leningen: de pro
vincie Gelderland kondigt een 4% 30-jarige lening aan a
pari en de Bank voor Nederlandsche Gemeenten gaat een
434% lening uitgeven tegen 101%.
De beweging van de rentevoet in de loop van 1952 vindt
een fraaie illustratie in het verloop van het effectieve rende
ment der leningen 3334% Nederland 1947 (looptijd nog
34 jaar) en 3% Investeringscertificaten (gemiddelde looptijd
nog 1034 jaar). Berekend naar de koersen van de laatste
Vrijdag van iedere maand beliep dit rendement achtereen
volgens:
3334o/o Nederland 1947: 4,32 4,31 4,06 4,03 4,03 3,95 3,99
3,92 3,91 3,79 3,82;
3% Invesferingscert.: 4,25 4,16 4,12 4,00 4,14 4,11 3,80 3,95
3,87 3,76 3,75.
Volge hier tot slot het gebruikelijke koers- en rendements
staatje van de voornaamtse staatsleningen:
24-10-52 21-11-52
3334% Nederland 1947 929/16 (3,81) 93u/„ (3,77)
3% Nederland 1937 927/16 (3,57) 93 710 (3,50)
3% Grootboek 1946 927/16 (3,70) 93 74 (3,61)
3% Nederland 62—64 mbf 927/8 (3,76) 93 V8 (3,73)
3% Investeringscert. 93 (3,80) 94 71S (3,72)
334% Beleggingscert. 927w (3,72) 93 8/'18 (3,68)