8775
op het uittreksel uit grootboek II van het voorgaande boek
jaar (kolom 10).
Uittreksel uit Grootboek UIA:
In de loop van het jaar kan ook dit uittreksel reeds voor
een groot gedeelte worden opgesteld. De kolommen 1 t/m 7
kunnen aan de hand van de grootboeken worden ingevuld
en de eindtellingen van de kolommen 6 en 7 kunnen verge
leken worden met de eindtellingen van de kolommen 10 en
11 der uittreksels van het voorgaande jaar.
Door de regelmatige opmaking van de maandstaat, welke
vanzelfsprekend steeds sluitend aan de C.C.B. wordt inge
zonden, kunnen in de mutaties weinig verschillen voorkomen.
Sluit de maandstaat per 31 December, dan kunnen afwijkin
gen tussen de tellingen van de kolommen 8 en 9 van het
uittreksel en de kolommen 7 en 8 van hef dagboek, slechts
voortspruiten uit hef onjuist boeken van de afsluitingsposten.
Hier bemerken onze kassiers het grote voordeel van het
maandelijks sluitend zijn.
Uittreksel uit Grootboek IliB:
Alhoewel dit uittreksel over het algemeen niet zoveel om
hef lijf heeft, kan hier toch ook „voorgewerkt" worden. De
invulling van de kolommen 1 t/m 4 kan zonder bezwaar,
integendeel slechts met voordeel, geschieden. In deze past
ons nog een opmerking. Er zijn nog Boerenleenbanken die
effectenrekeningen voeren, welke over het gehele grootboek
verdeeld voorkomen. Aan de kassiers dezer banken zouden
wij willen adviseren: breng Uw effectenrekeningen bij elkaar
en boek deze als eerste rekeningen op Uw uittreksel IIIB.
Indien het aantal dezer rekeningen meer dan 3 bedraagt,
verdient het aanbeveling op het uittreksel onder deze groep
rekeningen een streep te zetten en hieronder een tussentel-
ling te plaatsen. Het is hef meest doelmatig hierna de reke
ning „effectenkoersverschillen" te plaatsen en verder de
grootboekvolgorde aan te houden.
Inzake de afsluiting dezer rekeningen moge nog verwe
zen worden naar de M.M. van 1950 pagina 7456 t/m 7459.
Uittreksel IV:
Met enige verbazing zult U zich misschien afvragen: „Kan