8734 ningen door particulieren met premies van overheidswege zullen worden gebouwd, die voor 8.000,met lenings- geld zullen moeten worden gefinancierd, waardoor voor dit doel 160 millioen ter beschikking zal moeten komen. Bovendien zal financieringsgeld nodig zijn voor particu liere bouw in de niet gesubsidieerde sector, die wellicht tot ene verdere ontwikkeling zal komen, nu voor bouw be neden 100.000,geen Rijksvergunning meer nodig is. Wat de financiering van de verdere industrialisatie betreft dienen te worden afgewacht de resultaten van het onderzoek van een daarmede belaste Commissie, die nagaat hoe het z.g. risico-mijdend kapitaal van institutionele beleggers (le vensverzekeringmaatschappijen, pensioenfondsen en spaar banken) kan worden omgezet in risico-dragend kapitaal, waarmede een verdere industrialisatie kan worden gefinan cierd bv. in de vorm van deelnemingen van genoemde in stellingen in het bedrijfsleven, welke deelnemingen van over heidswege zouden worden gegarandeerd. Uiteindelijk is voor de verhoudingen op de kapitaalmarkt beslissend het aanbod van voor belegging op lange termijn beschikbare middelen. Onder de huidige belastingdruk zul len de besparingen van particulieren weinig inbrengen. Wel mag worden gerekend op de voortdurende stroom van nieu we besparingen bij de levensverzekeringmaatschappijen, die op een bedrag van 100 millioen per kwartaal wordt ge schat, bij pensioenfondsen, die steeds meer in getal toe nemen en bij de spaarbanken, waar thans de ontsparing van de laatste jaren een einde heeft genomen. Of dat alles vol doende zal zijn valt echter te betwijfelen en daarom kun nen de verhoudingen op de kapitaalmarkt voor de toe komst als betrekkelijk labiel worden geschetst. Het zou der halve wel eens kunnen zijn, dat de periode van een wil lige kapitaalmarkt met een neiging tot dalende kapitaal rente eventueel in de loop van het volgende jaar weer zou plaats maken voor een zekere verstijving op de kapitaal markt, waarbij het weer moeilijker zal worden om een geld lening op langere termijn te verkrijgen. Alsdan zou de rente wel weer eens kunnen aantrekken, waarbij evenwel de ver wachting mag worden gekoesterd, dat, zoals ook reeds hier voor werd gezegd, bij een rente van 4^2% de neiging om

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 24