8728
2. Vrijheid van bedrijfsvoering en afzet dienen zoveel mo
gelijk te worden gehandhaafd;
3. De productie moet zo goed mogelijk worden afgestemd
op de afzetmogelijkheden in binnen- en buitenland;
4. Bij een voor de landbouw ongunstige conjunctuur moet
het landbouwbeleid gericht worden op het handhaven
van een redelijke bestaansmogelijkheid;
5. Indien de prijzen van de voornaamste voedingsmiddelen
in het binnenland te hoog dreigen op te lopen is de Stich
ting voor de Landbouw bereid maatregelen ter begren
zing van de prijsuitloop voor deze producten te aan
vaarden.
De Stichting voor de Landbouw meent dat deze doelstel
lingen het best verwezenlijkt kunnen worden door de prijs
vorming zoveel mogelijk vrij te laten. Zij acht ingrijpen op
het gebied van de prijsvorming alleen toelaatbaar, wanneer
bij dalende prijzen een redelijke bestaansmogelijkheid in ge
vaar zou komen of bij stijgende prijzen de prijzen van de
voornaamste voedingsmiddelen te hoog zouden oplopen.
Een vrijheid van prijsvorming dus, met inachtneming van be
paalde grenzen. Aan de ene kant wordt aan de gemeenschap
gevraagd om een zekere verantwoordelijkheid te aanvaarden
voor een redelijke gang van zaken in de land- en tuinbouw
bij een ongunstige conjunctuur. Het aanvaarden van deze
verantwoordelijkheid behoeft volgens de Stichting voor de
Landbouw niet te betekenen, dat de boer of tuinder een on
dernemerswinst gegarandeerd krijgt. In beginsel wil de
Stichting de garantie beperken tot de kostprijs en dan nog
alleen maar voor de voornaamste producten.
Aan de andere kant is de Stichting voor de Landbouw zich
bewust van eigen plichten tegenover het Nederlandse volk
als voornaamste producent van voedingsmiddelen.
Het is de vraag of de Stichting voor de Landbouw dit nieu
we prijsbeleid ook tot gelding zal kunnen brengen.
De plannen van Minister Mansholt op dit terrein zijn nog
niet bekend. In de voorbije jaren werd in de Memorie van
Toelichting op de begroting altijd uitvoerig uiteengezet welk
beleid de Minister voor de verschillende producten dacht te
volgen. Dit jaar zijn echter de algemene beschouwingen in
de Memorie van Toelichting achterwege gebleven, omdat er