8700 Eerste halfjaar Eerste halfjaar Procentuele 1951 1952 stijging Akkerbouw 272 276 1% Veehouderij 670 782 17% Tuinbouw 154 197 28% Totaal 1096 1255 14% De waarde van de landbouwexport is dus gemiddeld met 14% toegenomen. De totale exportwaarde steeg in dezelfde periode met 20% n.l. van 3.466 millioen in de eerste helft van 1951 tot 4.160 millioen in 1952. De landbouwsector heeft dus in belangrijke mate bijgedragen in de verbetering van onze internationale handelspositie. Binnenlandse productie en werkgelegenheid. De industriële productie, welke in de tweede helft van 1951 voor hef eerst sinds de oorlog een teruggang vertoon de daalde in het eerste halfjaar van 1952 verder. De alge mene productie-index welke voor een aantal industriële be drijfstakken door het C.B.S. wordt berekend verliep als volgt (1938 100): 1ste halfjaar 1951147 2e halfjaar 1951: 144 1ste halfjaar 1952: 142 De industriële productie lag dus in de eerste helft van 1952 ruim 3% beneden het niveau van 1951. Met het teruglopen van de omvang van de productie daalde ook de personeels bezetting in de industrie hetgeen een toename van de werk loosheid tengevolge had. De activiteit in de woningbouw, welke in de 2e helft van 1951 sterk was verminderd nam in de eerste zes maanden van 1952 weer toe. Het aantal wonin gen in uitvoering steeg van 31 December 1951 tot 30 Juni 1952 met niet minder dan 34% n.l. van 36.700 tot 49.400, hetgeen de werkloosheid in de bouwnijverheid uiteraard deed afnemen. Niettemin geeft het verloop van de werkloosheidscijfers reden tot zorg. Het aantal werklozen (incl. wachtgelders en D.U.W.-arbei-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 10