8676
De Grondkamer kan bepalen, hetzij voor de gehele pro
vincie, hetzij voor een gedeelte daarvan, dat het zonder
haar voorafgaande goedkeuring verboden is:
a. gras of hooi, anders dan per gewicht, te verkopen of ten
verkoop aan te bieden;
b. op grond van een overeenkomst tegen vergoeding vee
in een weide ter inscharing aan te nemen.
Grasverkopingen, naweideverhuringen en scharverhuringen
zijn dus in beginsel toegelaten en vallen als zodanig niet on
der de bepalingen van het Pachtbesluit. De Grondkamer kan
echter bepalen, dat het aangaan van deze overeenkomsten
zonder haar voorafgaande goedkeuring, verboden zal zijn.
Een koop van gras of hooi per gewicht zal niet aan enige
inmenging van de Grondkamer onderhevig zijn.
De Grondkamer kan met betrekking tot grasverkopingen,
naweideverhuringen, scharverhuringen en zetboercontracten
alsmede met betrekking tot het gebruik van land, dat als
weide of voor het winnen van gras of van hooi dient, richt
lijnen vaststellen, welke voor de eigenaar en de andere recht
hebbenden bindend zijn.
De Grondkamer is in dit geval verplicht de bevoegde
Rijkslandbouwconsulent te horen.
15. Pachtovereenkomsten daterende van vóór 25 Nov. 1941.,
Pachtovereenkomsten voor onbepaalde tijd, welke op
25 November 1941 van kracht waren, werden (worden) ge
acht voor hoeven voor twaalf jaren en voor losland voor zes
jaar te zijn aangegaan.
Voor de bepaling van het einde van de twaalf- of zesjarige
termijn kwamen (komen) de jaren, gedurende welke de
pachtovereenkomst vóór 25 November 1941 bestaan heeft,
mede in aanmerking tot een maximum van tien, onderschei
denlijk vier jaren.
Pachtovereenkomsten voor bepaalde tijd, welke op 25
November 1941 van kracht waren, gelden (golden) voor de
duur waarvoor zij zijn (waren) aangegaan.