8598 coöperatoren te worden, die de hun toevertrouwde belangen van boeren en tuinders kunnen zien tegen de achtergrond van een in de toekomst op economisch gebied meer vere nigd Europa dan thans het geval is. Mr. Ph. C. M. van Campen. VERSLAG VAN DE ALGEMENE VERGADERING DER COÖ PERATIEVE CENTRALE BOERENLEENBANK, GEHOUDEN TE EINDHOVEN OP 19 MEI 1952. Na opening van de Algemene Vergadering der Centrale Bank met de Christelijke groet sprak de Voorzitter, de heer Mr. P. Truyen, de aanwezigen als volgt toe. Toespraak van Mr. P. Truyen, Voorzitter van de Raad van Toezicht. M.H. Allereerst wens ik U, afgevaardigden van de bij onze Cen trale Bank aangesloten boerenleenbanken, en al de andere aanwezigen, die uit hoofde van hun functie of ingevolge een tot hen gerichte uitnodiging deze vergadering bijwonen, een hartelijk welkom toe te roepen in deze bijeenkomst. Vervolgens overgaande tot een summier overzicht van het door ons Bestuur uitgebracht jaarverslag over de gang van zaken bij de Centrale Bank en bij de aangesloten boeren leenbanken en van de algemene beschouwingen, waarvan het Bestuur de jaarstukken doet vergezeld gaan, acht ik het nuttig op enkele gedeelten daarvan Uwe bijzondere aan dacht te vestigen. Afhankelijk, M.H., als wij ons iedere dag voelen van de invloed van het wereldgebeuren, niet alleen in ons eigen land en in de landen, die met ons de West-Europese levens gemeenschap uitmaken, maar ook in de overige Europese landen en misschien nog meer van hetgeen in Amerika en de uitgestrekte gebieden van het verre Azië gebeurt, maakt het Bestuur terecht melding van de toestand van aarzeling en on-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 12