8557 TOESPRAAK VAN DE HEER Ir. A. VAN DER PLASSCHE, DIRECTEUR-GENERAAL VAN DE LANDBOUW. Mijnheer de Voorzitter, Het is al erg laat geworden, maar waar U mij de gelegen heid biedt een ogenblik op dit spreekgestoelte te komen, wil ik daarvan gaarne gebruik maken om nog een kort ogen blik het woord te voeren. In de eerste plaats om U hartelijk dank te zeggen voor de uitnodiging vandaag naar Eindhoven te komen, waardoor ik deze vergadering heb mogen mee maken. Ik ben daardoor in de gelegenheid gesteld, om van meer nabij van de werkzaamheden van Uw organisatie kennis te nemen, maar bovenal ben ik daardoor in de gelegenheid persoonlijk een woord van gelukwens te richten tot beide jubilarissen. Van harte sluit ik mij, namens de Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, aan bij de woor den, welke door de vertegenwoordiger van de Minister van Financiën zijn gesproken. Het is vandaag de eerste maal, M. d. V., dat ik op Uw ver gadering aanwezig ben, al ben ik al verschillende malen met Uw organisatie in contact geweest. Het eerste contact, als ik mij goed herinner, was in de tijd, toen wij probeerden een voor ons land oude cultuur, de tabakscultuur, weer nieuw le ven in te blazen. Oud-Minister Deckers zal zich ongetwijfeld nog goed herinneren, hoe in die tijd ook een Rijkssubsidie daarvoor werd uitgetrokken, teneinde die oude cultuur weer ter hand te kunnen nemen en een bepaald onderdeel daarvan te kunnen financieren. U zult hebben bemerkt, dat wij daarin niet verder zijn gekomen dan de bekende „eigenteelt" ge durende de oorlogsjaren, waarvan wij altijd nog de illusie hebben, dat zij de zorgen van die tijd wat lichter heeft ge maakt. Een ander contact met Uw bank heeft betrekking op de tuinbouw in de venen, wat zowel voor het georganiseerde bedrijfsleven als voor de overheid een zorgenkind is, wat ons inderdaad veel zorg heeft gegeven en waarvoor bijzondere maatregelen moeten worden genomen. U zult zich herinne ren, dat wij, dank zij ook de medewerking van Uw bank, tot een bijzondere financieringsregeling zijn kunnen komen. Voorfs hef bekende waarborgfonds, waarin ik met U meer in contact zal komen, de f 25 millioen, die in het kader van

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 21