8556 om hun belangen te dienen en te verdedigen waar het maar enigszins mogelijk was. M. d. V.! Ik mag het hier wel zeggen: De Centrale Bank is een stuk van mijn leven. Ik zou het nog sterker kunnen uit drukken. Ik zou nl. kunnen zeggen: zonder de Centrale Bank zou dat leven voor mij een deel van zijn betekenis verliezen. In dat licht gezien zal het U duidelijk zijn, dat de hulde, die mij vandaag wordt gebracht, door mij gaarne wordt geaccep teerd en door mij op hoge prijs wordt gesteld, maar vooral ook, dat zij mij stemt tot grote dankbaarheid voor het teit, dat het mij gegeven is geweest het landbouwcrediet te dienen, om het mede hoger op te voeren en het te brengen op een peil, waarvoor wij de Hemel hierboven niet voldoende dank baar en erkentelijk kunnen zijn. Het Bestuur en de Raad van Toezicht hebben gemeend aan deze huldiging een stoffelijk blijk van waardering te moeten verbinden. Het was werkelijk niet nodig geweest. Die klok zegt mij iets, maar ik meen, dat ik altijd tamelijk goed op tijd ben geweest en op tijd ben gekomen en als ik wel ooit ergens een bemerking op heb gemaakt was het, dat anderen niet op het gestelde en juiste uur aanwezig waren. Maar dit neemt niet weg, dat dit geschenk gaarne door mij wordt aan vaard en ik geef U de verzekering, dat het in mijn woning in Geldrop een ereplaats zal innemen. Nogmaals: ik dank U hartelijk. En nu nog het voornaamste. Het was voor mij dikwijls een groot genoegen, wanneer ik bij een jubilerende bank, die haar 50-jarig bestaan vierde, tegenwoordig kon zijn om na mens het Bestuur en namens de Raad van Toezicht en de Directie de dank aan de jubilerende vereniging over te bren gen. Dan kwam het nogal eens voor, dat ik daar leden van de bank ontmoette, die gedurende 40 of 50 jaar een leidende functie hadden vervuld of tot de oprichters hadden behoord en dan werd mij gevraagd aan die heren de legpenning en oorkonde te overhandigen. Ik heb dat altijd met veel vreugde gedaan en heb mogen constateren, dat zij met veel genoe gen en belangstelling werden ontvangen. Ook ik doe dit op het ogenblik. Ik stel er een eer in, dat de legpenning en de oorkonde aan mij zijn toegekend. (Applaus.)

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 20