8519 gedaan, dat hij iemand anders heeft gemachtigd, en niet de machtiging zelf. Hef is best mogelijk, dat de machtiging zelf reeds veel eerder mondeling of misschien zelfs wel schrifte lijk aan de lasthebber is verstrekt geworden, doch de Bank behoeft dit niet verder te onderzoeken. Het afgeven van chèques, het doen van betalingsopdrach ten etc. worden in deze kennisgeving uitdrukkelijk vermeld alsmede in de last begrepen. Het gevolg hiervan is, dat bij aanwezigheid van zulk een schriftelijke kennisgeving wel van chèques gebruik mag worden gemaakt, die dan door de lasthebber per order van de rekeninghouder kunnen gete kend worden. Het bovenstaande leidt derhalve tot de volgende con clusie: a. Overlegging van een schriftelijke volmacht behoeft slechts in uitzonderingsgevallen te worden gevorderd. b. Inzending van een schriftelijke kennisgeving van verleen de volmachf (formulier 30a) moet steeds worden verlangd indien de rekeninghouder iemand anders over zijn lopen de rekening wil laten beschikken. c. Betreft hef een spaartegoed dan kan de gemachtigde als regel volstaan met overlegging van het boekje. Wil ech ter de inlegger een bepaald persoon met de regelmatige behartiging van zijn zaken belasten, dan verdient het aanbeveling om ook in een dergelijk geval inzending van een formulier 30a te verlangen. Een volmacht kan door de lastgever te allen tijde worden herroepen. Zodra hiervan aan de Boerenleenbank is mede deling gedaan, mag de kassier geen gelden meer aan de ge wezen lasthebber uitbetalen, ook niet indien hij daarom on der overlegging van het boekje zou komen vragen, noch hem in de gelegenheid stellen om alsnog op andere wijze over het tegoed van de rekeninghouder te beschikken. Behalve door herroeping, eindigt de volmacht van rechts wege door: a. de dood van lastgever of lasthebber; b. faillissement of onder curafelestelling van lastgever of lasthebber; c. huwelijk van de vrouw, die de last heeft gegeven of ont vangen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 13