8517 Nationale Woningbouw wordt ook de uitgifte der Rente- spaarbrieven een succes. Voor de drie leningen gezamenlijk is reeds voor ruim 100 millioen ingeschreven. De 4°/o-leningen der Gemeenten Zutphen en Emmen, wel ke enige tijd terug werden uitgegeven 94%, noteren thans ruim 98%, op welke koers het rendement ongeveer 4,2% be draagt. De 4%%-leningen der Electriciteitsmaatschappijen doen ongeveer 103%% (rendement ruim 4.15%). Zoals reeds per circulaire aan de Boerenleenbanken werd medegedeeld, werden de leningen ten laste van C.H.V., Landbouwbelang en Handelsraad, waarop in Maart de in schrijving openstond bij de Centrale Bank, aanzienlijk over- tekend; op de grote inschrijvingen werd een korting toege past, terwijl inschrijvingen, die na 31 Maart binnenkwamen, niet meer in behandeling konden worden genomen. De rentestand blijkt derhalve thans een rustpunt te hebben bereikt rondom het 4%% rente-type voor overheidsfondsen. Toch zijn wij niet gerust, dat het daarbij zal blijven. Wij mo gen immers niet vergeten, dat de gemeentebesturen nog met een grote portie ongeconsolideerde schuld op korte termijn zitten en dat wel eens een groot gedrang zou kunnen ont staan om voor 4%% onder te komen. Of de kapitaalmarkt daartegen bestand zou zijn en de rentestand niet opnieuw in beweging zou komen, moet worden afgewacht. RECHT EN WET. De volmacht. Daar de rekeninghouder, die een tegoed bij de Boeren leenbank heeft uitstaan, niet steeds in de gelegenheid is de contanten, welke hij voor zich zelf nodig heeft, persoonlijk te komen in ontvangst nemen, wordt hem desgewenst de gele genheid geboden een zijner huisgenoten of iemand anders te machtigen dit voor hem te doen en deswege namens hem kwijting aan de Bank te geven. Zulk een machtiging kan schriftelijk of mondeling worden gegeven. Een uitdrukkelijke, op schrift gestelde volmacht biedt uiteraard voor de Bank de meeste rechtszekerheid. Daar echter voor een schriftelijke volmacht 0,50 aan zegelrecht verschuldigd is, wordt slechts

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1952 | | pagina 11