8358
waarmede de door hem betaalde kooppenningen de som
van 735,overtreffen. Zou deze van 15 November 1951
daterende depositobrief worden verkocht op 14 November
1955, dan zal de koopsom 797,76 belopen, immers de vol
gende dag, 15 November 1955 is zij voor dat bedrag verzil
verbaar. De verkoper zal voor het belastingjaar 1955 als in
komen hebben aan te geven het voordeel dat hij in dit jaar
uit de depositobrief heeft getrokken, m.a.w. het bedrag,
waarmede de opbrengst de op de dag van verkoop reali
seerbare waarde groot 776,40 overtreft, te weten 797,76
776,40 of 21,36. De koper heeft op 14 November
1955 een stuk gekocht op die dag verzilverbaar met 776,40,
de volgende dag bedraagt de waarde van het stuk echter
797,76, de koper geniet dus in 1955 een rente-inkomen
van 797,76 776,40 of 21,36, waartegenover staat,
dat hij voor dit renfe-inkomen eenzelfde bedrag heeft betaald
m.a.w. rente-inkomen en kosten van verwerving vallen tegen
elkaar weg.
Wordt een boerenleenbank-depositobrief de dato 15 No
vember 1951 in de loop van het jaar 1952 geschonken, dan
heeft vanzelfsprekend de schenker voor de inkomstenbelas
ting terzake van deze depositobrief, welke hij vanaf 15 No
vember 1951 tot op de dag der schenking in zijn bezit heeft
gehad niets te verantwoorden, de rente was in die periode
niet inbaar. De begiftigde van zijn kant dient voor de jaren
1953 en volgende telkens het verschil in waarde als rente
inkomen aan te geven. Zou deze depositobrief echter ge
schonken worden op 15 November 1953, op de dag dus
waarop zij verzilverbaar was met 757,46, dan heeft de
schenker voor het belastingjaar 1953 als rente-inkomen op te
geven 757,46 735,of 22,46, immers op de dag
van de schenking kon dit bedrag geïnd worden. De begiftig
de heeft eerst met deze depositobrief als bron van inkomen
te maken in de jaren 1954 en volgende.
Het komt ons voor dat aan de hand van deze uiteenzetting
de H.H. Kassiers op eventuele vragen van cliënten betreffen
de de in dit artikel behandelde kwestie wel een bevredi
gend antwoord zullen kunnen geven.
Mochten zich echter nog moeilijkheden voordoen, dan kan
men zich voor nadere voorlichtng wenden tot de Centrale
Bank.