8321 zij voor zakelijke of persoonlijke zekerheid behoeven te zor gen indien er maar voor wordt gewaakt, dat het aldus te verlenen crediet niet te boven gaat de bij huishoudelijk re glement gestelde grens welke in de regel 500,be draagt en de credietnemer zelf voldoende credietwaar- dig kan worden geacht. Door de betreffende bepaling aldus te interpreteren zou men haar een geheel andere en veel wijdere strekking gaan geven dan zij in werkelijkheid heeft. Het kwam ons daarom gewenst voor om de juiste beteke nis van artikel 49 lid 2 even uit de doeken te doen. Met het bepaalde bij art. 49 lid 2 wordt alleen beoogd de mogelijkheid te openen ten behoeve van bestaande reke ninghouders, die de inkomsten van hun bedrijf geheel over de bank laten lopen, een beperkte overdispositie toe te staan op het door hen genoten crediet, teneinde te voor komen, dat zij in de seizoensperioden, waarin groter be- drijfsuitgaven wegens bemesting, inzaai, arbeidslonen enz. moeten gedaan worden, zonder dat daar ontvangsten van enige betekenis tegenover staan, op een gegeven moment zouden vastlopen. De Bank kan deze overdispositie toelaten, gedekt als zij zich weet door de zekerheid, dat, zodra de inkomsten weder beginnen te vloeien, de overstand weder direct uit de bij de Boerenleenbank binnenkomende bedrijfs opbrengsten kan worden afgeboekt. Het spreekt vanzelf, dat de boerenleenbank dan ook reeds bij ervaring moet weten, dat de lopende rekening wordt gebruikt voor het daarop ontvangen van de bedrijfsopbreng sten en dat haar de omvang daarvan door het verloop van die rekening moet zijn gebleken. Het is om deze reden, dat de statuten deze credietverlening uitdrukkelijk koppelen aan het lopende rekeningverkeer. De bepaling is dan ook te zien als een maatregel, waardoor het vlot verloop van de beta lingen over de boerenleenbank wordt bevorderd, door deze binnen zekere grenzen ook mogelijk te maken, indien in be paalde seizoenen het eigen bedrijfskapitaal dan wel het ge wone bedrijfscrediet niet geheel voldoende is. Loopt ten name van de betrokken persoon slechts een lopende reke ning zonder crediet dan geldt hetzelfde. Zulk een rekening kan dus onder dergelijke omstandigheden tijdelijk debet komen te staan, mits het geen hoger bedrag dan het bij

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1951 | | pagina 23