8270
algemeen de daaruit voortvloeiende rentelast goeddeels zelt
zullen moeten opbrengen. Ongetwijteld kan men erop aan,
dat de Centrale Bank daartoe het hare zal bijdragen zoveel
in haar vermogen ligt. Maar daarbij moet op enige omstan
digheden worden oelet, die het voor de Centrale Bank heel
moeilijk zullen maken om ten volle een eventuele hogere
rentelast der boerenleenbanken voor haar rekening te ne
men. Vooreerst moet in aanmerking worden genomen, dat
de Centrale Bank eerst geleidelijk haar vast beleggings-
tonds, dat in de afgelopen jaren noodgedwongen moest
worden opgenomen, aan de hogere kapitaalrente kan aan
passen. Daarmede is in het lopende jaar een flink begin ge
maakt. zoals straks uit het jaarverslag van de Centrale Bank
zal blijken. Eerst na enige jaren zet deze aanpassing echter
zoden aan de dijk, zodat pas later ook de vruchten daarvan
volledig kunnen worden geplukt. Nog een andere nadelige
omstandigheid doet voor de Centrale Bank haar invloed gel
den en wel zodanig, dat zeker voor onze boerenleenbank
organisatie in dit opzicht van een structurele verandering,
d.i. van een wijziginq op hootdzaken, kan worden gespro
ken. Wij bedoelen, dat de liquiditeitspositie van de Centrale
Bank een geheel ander beeld vertoont dan voor de oorlog
het geval was. Voor de oorlog vertoonde de toe- en af
vloeiing van gelden bij de Centrale Bank een traditioneel
en gelijkmatig verloop. In de seizoensperiode, waarin land
en tuinbouw het meeste geld vroegen en geen voldoende
tegenstroom van binnenkomend geld daartegenover stond,
viel de Centrale Bank zonodig terug op De Nederlandsche
Bank door opneming van een voorschot in rekening-courant
tegen onderpand van een deel van de effectenportefeuille.
Papier op korfe termijn, dat direct kan worden gerealiseerd
maar dan ook een lagere rente oplevert, werd zo goed als
niet aanqehouden. Na de oorlog is dat anders geworden.
Ook nadat onder vigeur van de afwikkeling van de geld-
sanering en van de betaling op de bijzondere heffingen een
goed deel van het met de celdsanering aan de boerenleen
banken toevertrouwde oeld is wegqevloeid, zijn de tegoe
den bij de boerenleenbanken op een zodanig hoog niveau
gebleven, dat n:et erop mag worden gerekend, dat het ver
loop van de middelen bij de Centrale Bank een even rustig
en traditioneel beeld te zien zal geven als voor de oorlog in