8291
boekjes. Dit laatste, het terugzenden van niet tijdig afgehaal
de boekjes, is zeer belangrijk. Het komt n.l. wel eens voor
dat bij een inspectie in omloop zijnde boekjes op de bank
worden aangetroffen, die na de jaarcontróle niet door de
rekeninghouders zijn afgehaald. Uiteraard is het niet te ver
mijden, dat zich rond de jaarwisseling boekjes op de bank
bevinden, doch het is niet toegestaan, dat zonder enige
noodzaak in omloop zijnde boekjes, o.a. als gevolg van de
gemakzucht van de rekeninghouders, ten kantore van de
boerenleenbank bewaard blijven. Zulks in de eerste plaats
ter voorkoming van moeilijkheden met de rekeninghouders,
welke mogelijk daaruit voor de kassier zouden kunnen voort
vloeien. Wanneer de kassier zich ten volle realiseert de risi
co's, welke verbonden zijn aan het bewaren van boekjes op
de bank de financiële verantwoordelijkheid van de kas
sier is waarlijk reeds groot genoeg dan zal hij dit niet-
daarenboven voor zijn verantwoording kunnen nemen. Welk
verweer heeft met name een kassier tegenover een rekening
houder, die, overigens te goeder trouw, een onjuiste boe
king in het boekje meent te constateren, wanneer dat boekje
zich steeds op de bank heeft bevonden? Terugbetalingen
kunnen met bewijzen gestaafd worden, doch bij inlagen is
zulks niet het geval. Dat de rekeninghouders aan de kassier
hun volle vertrouwen schenken is goed en noodzakelijk,
doch dit vertrouwen mag nooit zover gaan, dat op de schou
ders van de kassier een verantwoordelijkheid wordt gelegd,
die hij juist als kassier niet op zich kan en mag nemen. Zo
ooit, dan geldt hier dat voorkomen beter is dan genezen.
Met betrekking tot de jaarcontróle van de boekjes komt
het ons nuttig voor nog eens extra te wijzen op het grote
belang, zowel voor de bank als voor de rekeninghouders,
van het zo spoedig mogelijk afwerken van deze controle.
De rekeninghouders ondervinden veel ongemak wanneer zij
niet op korte termijn over hun afgesloten en bijgewerkte
boekjes kunnen beschikken, terwijl de kassier de normale
gang der werkzaamheden verstoord ziet door vertraging in
de afsluiting der boekjes, omdat het later bijwerken daarvan
veel extra tijd vergt. Hierbij spreken wel bijzonder de voor
delen van een doe'matige werkspreiding, waarover in deze
rubriek in een drietal artikelen werd gesproken. Daardoor is
het mogelijk de afsluiting, de jaarcontróle en de uitreiking