8251
het oude tarief van 2,50 voor elke 500,hetgeen neer
komt op een vast heffingspercentage van 0,5°/o.
V. Verhoging tarief Vennootschapsbelasting.
Met ingang van het boekjaar, waartoe 1 Januari 1951 be
hoort, doch voor het laatst voor het boekjaar, waartoe 31 De
cember 1954 behoort, wordt het tarief Vennootschapsbelas
ting als volgt gewijzigd:
Bedraagt de belastbare winst minder dan 50.000,dan
is het heffingspercentage 45%; bij een belastbare winst tot
100.000,is het heffingspercentage voor de eerste
50.000,45% en voor de meerdere winst 46%; bij een
belastbare winst tot 150.000,voor de eerste 50.000,
45%, voor de tweede 50.000,46% en voor het meer
dere 47% en aldus oplopende voor elke 50.000,meer
met 1% totdat een vast heffingspercentage van 52% is be
reikt, hetgeen het geval is bij een belastbare winst van
350.000,Wat de Boerenleenbanken betreft zij opge
merkt, dat in het voor haar geldende vaste heffingspercen
tage van 20% geen wijziging is gekomen.
VI. Verhoging Successiebelasting.
Indien gedurende de periode 1 September 1951 tot en met
31 Augustus 1955 wordt geërfd of bij wijze van legaat of
schenking wordt verkregen door anderen dan kinderen en
echtgenoot, is over de erfenis, het legaat of de schenking
een hoger recht verschuldigd dan terzake van verervingen en
verkrijgingen vóór 1 September 1951. Voor kinderen en de
echtgenoot is dus het oude tarief, hetwelk loopt van 3 tot
17% gehandhaafd. Wordt echter in opgemelde periode ge-
erfd of verkregen door b.v. ouders, dan loopt het tarief van
12 tot 38% (oud tarief 10 tot 28%), terwijl voor broers en
zusters hef tarief loopt van 21 tot 46% (oud tarief 18 tot
36%). Na 31 Augustus 1955 zal echter voor alle categoriën
weer het oude tarief gelden.
Tegenover deze verhoging staat echter een verruiming en
wel voor onbeperkte duur van de vrijstelling voor weduwen-
en wezenpensioenen, welke verruiming hierop neerkomt, dat
van successierechten voor een weduwe is vrijgesteld een lijf
rente tot een bedrag van 2200,per jaar en voor een