8139
gen; de credietinstellingen worden verplicht die inlichtingen
te verstrekken. Ook de navolgende bepalingen kunnen als
toezicht worden aanvaard: de credietinstellingen zouden jaar
lijks binnen een door De Nederlandsche Bank te stellen ter
mijn een balans met winst- en verliesrekening in een door
De Nederlandsche Bank vast te stellen vorm moeten indienen.
Voorts zouden de onder toezicht vallende credietinstellingen
verplicht worden periodiek staten nopens haar bedrijt bij De
Nederlandsche Bank ot het aangewezen controle-orgaan in
te leveren. Indien nu De Nederlandsche Bank uit de gegevens
en stukken en staten en verkregen inlichtingen bij een onder
het toezicht vallende credietinstelling een ontwikkeling ont
waart, die voor de solvabiliteit en liquiditeit van de betrok
ken instelling gevaarlijk zou kunnen worden, vestigt zij daar
op de aandacht van de betrokken credietinstelling en kan de
desbetreffende mededeling doen vergezeld gaan van een
advies om binnen een bepaalde termijn ten aanzien van met
name aan te geven punten van gedragslijn te veranderen.
Voldoet de instelling niet aan dit advies, dan zou dit kunnen
worden gepubliceerd, waardoor het publiek zou ervaren
welke moeilijkheden eventueel bij een dergelijke credietin
stelling te wachten zijn. De vraag rijst wederom, of deze pu
blicatiemogelijkheid alleen moet worden gezien in de recht
streekse verhouding van Nederlandsche Bank tot crediet
instellingen dan wel of het ook in de bedoeling ligt, dat de
ingeschakelde controle-organen aan De Nederlandsche Bank
een voordracht kunnen doen, om aan de onder hun toezicht
staande instellingen een officiéél advies te geven, dat bij
niet opvolging zou kunnen worden gepubliceerd. Wij zouden
hiermede niet willen beweren, dat in het georganiseerde land-
bouwcrediet aan een zodanige sanctie ten aanzien van on
willige plaatselijke banken behoefte wordt gevoeld. Elders
zou een zodanige behoefte echter wel kunnen bestaan ter
versterking van het eigen controle-orgaan; ook afgezien
daarvan komt het nuttig voor de verhouding van de controle-
organen ten opzichte van De Nederlandsche Bank met betrek
king tot de toepassing van artikel 16, waarin de publicatie
bevoegdheid is neergelegd, nader te regelen, al ware het
slechts om te voorkomen, dat buiten een ingeschakeld con
trole-orgaan om de procedure van artikel 16 zou worden
toegepast.