8136
Ook de rubriek „Geld- en Kapitaalmarkt" en de rubriek
„Recht en Wet" bevatten actuele artikelen, die nauw samen
hangen met het voorafgaande. Achtereenvolgens worden be
sproken de gevolgen van de lage-rente-politiek en het
„Borgstellingsfonds voor land- en tuinbouw".
HET WETSONTWERP TOEZICHT OP HET CREDIETWEZEN.
Sinds zijn verschijning houdt het wetsontwerp toezicht op
het credietwezen alom de gemoederen bezig. De Nederland-
sche Bankiersvereniging ging voorop met een tot de leden
van de Tweede Kamer der Staten Generaal gericht request;
de Vereeniging voor den Effectenhandel volgde; de beide
Centrale Boerenleenbanken bleven niet achter; in een geza
menlijk request werd door de Centrale Raiffeisenbank van
Utrecht en de Centrale Boerenleenbank van Eindhoven krach
tig stelling genomen. Ook hef bedrijfsleven in al zijn ge
varieerde schakeringen liet zich niet onbetuigd.
Het valt op, dat geen der groepen, die zich door het wets
ontwerp in haar onafhankelijk bestaan bedreigd gevoelen,
zich uitspreken tegen ieder overheidstoezicht ten aanzien van
hef bankwezen. Zelf blijkt dit uit het request van de beide
Centrale Boerenleenbanken, die wel het minste behoefte zul
len gevoeld hebben aan een zodanig overheidstoezicht, al
thans wat de boerenleenbanken betreft, omdat de gedachte
van een goed geregeld toezicht in het landbouwcredietwezen
leeft sinds op het einde van de vorige eeuw de eerste boe
renleenbanken werden opgericht. Reeds toen volstond men
niet met ter plaatse onderling toezicht en controle zo goed
mogelijk te regelen; al spoedig werden de hoofden bijeen
gestoken en werd tot de oprichting van Centrale Banken
besloten, die in de eerste plaats tof taak zouden hebben om
van buiten af het toezicht op de plaatselijke boerenleenban
ken uit te oefenen. Het resultaat is dan ook geweest, dat het
landbouwcrediet in ons land op een zuiver verleden mag
terugzien. Terecht kon dan ook in het gezamenlijk request
van de beide Centrale Banken worden gesteld: „indien men
al van mening mocht zijn, dat er plaats is voor toezicht van
overheidswege op het credietwezen, dan mag worden vast-