8156
kant over het niet gesubsidieerde gedeelte, dat met een voor
schot van de boerenleenbank getinancierd wordt, een zoveel
hogere rente moet worden betaald, wordt door de andere
hand teruggenomen, hetgeen met de ene hand eerst gege
ven is. Ook op dit punt dient de credietbeperkingsregeling
stellig te worden gecorrigeerd. De regeling zelve behoett
daarvoor niet te worden veranderd; slechts dient daarvoor
een andere opstelling te worden gemaakt in de boerenleen
bankmaandstaat, waarin de voorschotten aan natuurlijke per
sonen op een termijn van 10 jaar ot langer niet door hypo
theek gedekt, van de categorie der debetsaldi naar die van
de beleggingen zouden moeten worden overgebracht. Daar
door vallen zij vrij van de credietbeperking.
Indien onze krachten zouden tekort schieten om deze cor
rectie te bewerkstelligen, zouden land- en tuinbouworganisa
ties daarvoor in de bres moeten springen.
LANDBOUW-ECONOMISCH NIEUWS.
De kapitaal- en credietbehoefte van de Nederlandse land
en tuinbouw.
Voor de exploitatie van een land- en tuinbouwbedrijf zijn
aanzienlijke kapitalen nodig. Gemiddeld is voor een akker
bouw-, weide en gemengd bedrijf alleen al voor de financie
ring van de inventaris (dode en levende) en van de jaarlijks
terugkerende bedrijfsuitgaven per ha. een bedrag noodzake
lijk, dat ongeveer gelijk is aan de bruto-opbrengst van deze
bedrijven per ha. Daarenboven is nog een veelvoud hiervan
nodig voor de financiering van de grond en de bedrijfsge
bouwen. Deze grote kapitaalsintensiviteit van de landbouw
houdt ten nauwste verband met de aard van de agrarische
productieprocessen; deze vergen nagenoeg altijd een lange
tijd, van een half jaar tot enige jaren, zodat het kapitaal
dat in het bedrijf is gestoken slechts zeer langzaam om
loopt. Dit is ook een van de voornaamste redenen, waarom
boer en tuinder voor opgenomen credieten slechts een be
trekkelijk lage rente kunnen betalen.
De kapitaalbehoefte van de land- en tuinbouwbedrijven is
in de laatste jaren sterk toegenomen. Vooreerst zijn na het