8099
voortvloeiende uit de wens om de aanwezige voorraden zo
veel mogelijk aan te vullen. Als gevolg van een en ander
begon de rentestand aan te trekken en kon zich ook de om
standigheid gaan voordoen, dat, zoals het water van een
rivier steeds de laagste plaats opzoekt, verschillende geldvra-
gers zich ook in de richting van de boerenleenbanken gin
gen bewegen, waar waarschijnlijk tegen betere voorwaarden
crediet en voorschot konden worden opgenomen. Op het
einde van het verslagjaar hadden de credietbeperkingsmaat-
regelen tot gevolg, dat de aanvankelijke reactie van de parti
culiere banken vooral daarin bestond, dat minder aantrekke
lijke credieten werden atgestoten; voor zover deze crediet-
vragers ten plattelande gevestigd waren, zoals de gemeente
besturen, die hier en daar bij de particuliere banken het loket
voor zich zagen gesloten, vervoegden ook deze zich bij de
boerenleenbanken. Door een en ander werd het noodzake
lijk, de rentetarieven bij de boerenleenbanken te herzien en
aan te passen aan de algemeen hogere rentestand; ook bleek
de wenselijkheid om voor zover de boerenleenbanken door
haar eigen middelen begonnen heen te raken de van ouds
in onze credietorganisatie bekende middelen toe te passen,
die een remmende invloed op de crediet- en voorschotver
lening zouden kunnen uitoefenen.
Nadat in het begin van het jaar de creditrentetarieven wer
den herzien, waarbij met name de spaarrente kon worden
verhoogd, moest in de loop van het jaar derhalve worden
overgegaan tot het omhoog brengen van de debetrente voor
verschillende beleggingsuitzettingen; zulks geschiedde bij
circulaire nr. 393 van 13 April 1951. Vervolgens bleek de
noodzakelijkheid om de toepassing van artikel 8 van het huis
houdelijk reglement van de Centrale Bank nog eens opnieuw
onder de aandacht van beheerders en kassiers te brengen; de
desbetreffende circulaire verscheen op 20 April j.l. en alhoe
wel zij werd verzonden na de jongste disconfo-verhoging
van De Nederlandsche Bank stond zij geheel los daarvan;
tenslotte moesten de gevolgen in het oog worden gevat
van de bij verrassing afgekomen maatregel van De Neder
landsche Bank, ingevolge welke het promesse-disconto, waar
tegen ook de voorschoften moeten worden opgenomen bij
overschrijding van de limites van de credietbeperking, werd
verhoogd van 3^ lof 4^°/o.