8085 fe Leuven van harte welkom op deze Vergadering en ik spreek het vertrouwen uit, dat het medeleven met het Ne derlandse landbouwcrediet, dat zij daarmede tonen, en dat door ons hogelijk wordt gewaardeerd, zal mogen bijdragen tot een constructieve samenwerking van land- en tuinbouw in Luxemburg, België en Nederland. M. d. V. Terwijl de afzetmoeilijkheden reeds zo groot zijn, terwijl het ernaar uitziet, dat de oogst 1951 heel wat min der overvloedig zal zijn in verband met de ongunstige weers omstandigheden van de laatste maanden, terwijl ernstig er mede rekening moet worden gehouden, dat de atzet ook binnenslands moeilijkheden zal gaan opleveren, terwijl dit alles de onzekere en sombere vooruitzichten zijn aan de economische horizon voor boer en tuinder, schijnt bij de overheid de gedachte te leven, dat van de bedrijtsinkomsten van land- en tuinbouw wel een extra schepje at kan, indien ons volk de rekening gepresenteerd krijgt van de verhoogde detensielasten. Niet daarover willen we ons beklagen, dat onze verdediging wordt uitgebreid en dat we daarvoor ook otters moeten brengen; wel echter over het gemis aan recht vaardigheid in het voorstel om het arbeidsinkomen van boe ren en tuinders 5% zwaarder te belasten dan dat van de beoefenaren in de vrije beroepen of van de hoofdarbeiders; evenmin kan ik de rechtvaardigheid ontdekken in dit voor stel, volgens hetwelk de inkomsten van het in het bedrijf ge stoken kapitaal van boer en tuinder 5% zwaarder worden belast dan de rente-inkomsten van in land- of tuinbouw ge stoken kapitaal van een rentenier. En was het nu heus nodig, dat op deze maatregel, die neerkomt op een extra verzwa ring van de belastingen ten laste van het bedrijfsleven, ten opzichte van de boerenleenbanken reeds werd vooruitgelo pen; deze mochten n.l. de vorige week in de Nederlandse Staatscourant lezen, dat hef tarief van de vennootschapsbe lasting ten laste van de boerenleenbanken al vast met 10% was verhoogd en wel met terugwerkende kracht over het boekjaar 1950. Ik kan het op zijn zachtst gesproken weinig elegant vinden, dat een dergelijke maatregel van tevoren zelfs niet aan betrokkenen werd aangekondigd en dat niet werd afgewacht de behandeling van de jongste fiscale wets voorstellen in de Staten Generaal, waarbij over de algemene

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1951 | | pagina 19