8077 groten. Wat nu het Bestuur van anderen meent te moeten vragen, zou het in bepaalde omstandigheden ook met be trekking tot zijn eigen instelling moeten overwegen. Ook voor de Centrale Bank geldt immers, dat er steeds een ge zonde verhouding moet bestaan tussen het eigen kapitaal en de omvang van het bedrijf. Weliswaar zijn de reserves van de Centrale Bank, die even eens als eigen kapitaal in aanmerking komen, in de laatste jaren niet onaanzienlijk gestegen, ondanks de belangrijke fiscale afdrachten aan de Staat. Doch het aandelenkapitaal is nauwelijks toegenomen en wel omdat de plaatsing van nieu we aandelen enerzijds afhankelijk is van de aansluiting van nieuwe banken, hetgeen bijna niet meer voorkomt nu het land vrijwel voldoende van boerenleenbanken is voorzien, en anderzijds afhangt van de opneming van crediet door de boerenleenbanken (voor elke 20.000,crediet moet één aandeel worden genomen), hetgeen in de achter ons liggen de periode slechts sporadisch is voorgekomen. In deze omstandigheden zou de vraag kunnen worden ge steld of een verhoging van het aandelenkapitaal en daar mede van de aansprakelijkheidsbasis van de Centrale Bank niet onder de ogen moet worden gezien, teneinde paraat en sterk te zijn voor de velerlei taken, die ongetwijfeld nog voor de Centrale Bank zijn weggelegd. Bij de U toegezonden stukken hebt U ook aangetroffen het verslag van de N.V. Gemeenschappelijk Bankkantoor. Het vorig jaar heb ik de betekenis van die toezending uit eengezet en U tevens het een en ander verteld over de op richting van die vennootschap. Ik meen thans te kunnen vol staan met een verwijzing naar hetgeen ik toen gezegd heb. Slechts wil ik hier nog aan toevoegen, dat de oprichting van dit nieuwe instituut volkomen aan de daarvan gekoesterde verwachtingen heeft beantwoord en de financiële resultaten alleszins bevredigend kunnen worden genoemd. Ik vertrouw dan ook, dat met voldoening door U van dit verslag zal zijn kennis genomen. En hiermede meen ik mijn mededelingen en beschouwin gen over onderwerpen van zuiver zakelijke aard te moeten besluiten om nog enkele andere punten aan te roeren. Op de eerste plaats v/ens ik mij dan gaarne aan te sluiten en ik ben daarbij zeker ook de tolk van deze vergade-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1951 | | pagina 11