8008
ken, hetgeen tijd, moeite en kosten vraagt. Wenst de grond
eigenaar, dat er afgebroken wordt dan kunnen nog diverse
moeilijkheden rijzen. Eerstens kan hij pandbeslag leggen op
de bouwstoffen voor hetgeen hij als verpachter nog van de
pachter te vorderen heeft. Tweedens kan de grond met hy
potheek zijn bezwaard, waardoor het recht tot afbreken niet
kan worden uitgeoefend, daar de door de pachter gestichte
opstallen vallen onder het recht van hypotheek en fezamen
met de ondergrond kunnen geëxecuteerd worden. Een en
ander geldt natuurlijk ook voor het geval, dat aan de pachter
bij het pacht-contract het recht tof afbreken is verleend,
waarbij bovendien nog komt, dat dit contractueel recht tof
afbreken meestal alleen zal kunnen worden uitgeoefend bij
het einde van de pachtverhouding, hetgeen voor de Bank
een extra bezwaar oplevert.
Is artikel 27 van het Pachtbesluif van toepassing, dan heeft
de pachter bij hef einde van de pacht de Bank moet der
halve dit einde afwachten recht op een billijke vergoeding
terzake van hetgeen hij gedurende de laatste aan het einde
van de pacht voorafgegane tien jaren heeft gebouwd. Zijn
de warenhuizen en serres vóór die periode gesticht, dan is
van enige vergoeding geen sprake. Door verlenging van de
pacht kan derhalve de zekerheid voor de Bank te loor gaan,
alsmede door het niet tijdig tenminste één jaar vóór het
einde van de pacht vorderen van de vergoeding. Bevat
het pachtconfract een gunstiger vergoedingsregeling dan die
neergelegd in artikel 27 van het Pachtbesluif, dan zal toch
het bezwaar aanwezig blijven, dat de Bank niet zelf het mo
ment kan bepalen, waarop zij haar verhaal kan zoeken, daar!
v/el geen enkele verpachter de verplichting op zich zal ne
men om reeds gedurende het nog voortduren van de pacht-i
verhouding tot vergoeding wegens bouwen door de pachter'
over te gaan.
Wij moeten derhalve concluderen, dat de rechten, welks
de pachters terzake van hun stichtingshandelingen kunnen
doen gelden, geen behoorlijke zekerheid kunnen opleveren
voor aan deze te verstrekken voorschoiten of credieten.
Hoogstens kan in die rechten in bepaalde door de Cenfralei
Bank te beoordelen gevallen enige aanvullende zekerheid
worden gevonden, indien althans de verpachters bereid zijn
hun medewerking te verlenen, door onder meer de pacht-