7916 inmiddels hersteld. Om zeker fe zijn dat deze hypotheek haar rang zal behouden, dient men zich voorat te vergewissen ot het Rijk wellicht nog een opbouwhypotheek op het pand kan vestigen. De wet bepaalt niet alleen, dat de oude hypotheken kun nen worden gerangregeld, zodat zij hun oude rang slechts gedeeltelijk behouden, maar houdt bovendien in, dat een oude-hypotheekhouder, die wenst dat zijn hypotheek nog ge deeltelijk haar oude rang blijft behouden, zich moet verbin den om over zijn vordering geen hogere rente te vragen dan 4% 's-jaars. Daarenboven mag hij slechts een zeer beperkte aflossing vorderen, terwijl de schuld enkel opeisbaar wordt ingeval van wanbetaling van rente of aflossing, faillissement van de schuldenaar, beslag op het onderpand, ofwel in an dere gevallen ter beoordeling van de Minister van Wederop bouw. Bij rangregeling moet de oude-hypotheekhouder zich, om zijn oude rang gedeeltelijk te behouden, dus bij soort gelijke afwijkingen van dafgene, wat bij de hypotheekacte was overeengekomen, neerleggen, als hij reeds had moeten doen gedurende de tijd dat de Rijksbijdrage in het Groot boek voor de Wederopbouw was ingeschreven, om zijn recht op de grootboekrente te kunnen uitoefenen. Bij de behandeling van ons onderwerp zijn wij uitgegaan van de oude-hypotheekhouders en hebben wij ons de vraag gesteld of aan hen voldoende aandacht v/as geschonken bij de regeling der oorlogsschadevergoeding. De rode draad door ons betoog was de stelling, dat de penningen, die de gedupeerde eigenaar van een door oorlogsgeweld getroffen onroerend goed ferzake van de schade toekwamen, tot het bedrag van de hypothecaire vordering ten goede dienden te komen aan de hypothecaire crediteur, dan wel moesten wor den aangewend tot het herstel van het onderpand. De rege ling, zoals die in de Wet op de Materiële Oorlogsschaden is neergelegd, is klaarblijkelijk ook op deze grondslag ge bouwd. Wel wordt het principe niet ten volle erkend, waar de wet de minister de vrijheid laat, om bij gedwongen rang regeling van een oude hypotheek ten opzichte van een op bouwhypotheek, deze laatste haar oorspronkelijke rang slechts te doen behouden tot hef bedrag van de ondergrond en de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 30