7906 het promessedisconto, dus tegen dezelfde rente, welke door de boerenleenbanken aan de Centrale Bank op bijzondere rekening (Nederlandsche Bankrekening) verschuld:gd is. Uit het vorenstaande vloeit voort, dat de stand dezer rekeningen, zowel tussen de boerenleenbanken en de Centrale Bank evenals tussen de Centrale Bank en De Nederlandsche Bank van maand tot maand wordt herzien, al naargelang de uit komsten van de ingezonden maandstaten. Het spreekt vanze'f, dat de boerenleenbanken, die reeds aanstonds onder de werking van de credietbeperkingsrege- ling vallen, teneinde niet in haar rentabiliteit te worden ge schaad, haar rentetarieven in debet zullen moeten herzien. Hiertoe zal een nieuw rentetarief bij deze boerenleenbanken dienen te worden ingevoerd. Daar de daarvoor in aanmerking komende boerenleenban ken eerst met ingang van 1 Januari a.s. verplicht zijn door tussenkomst van de Centrale Bank geld tegen 3j^°/o bij De Nederlandsche Bank op te r.emen, behoeft ook het verhoog de rentetarief eerst 1 Januari 1951 in te gaan. Hierbij kan om de gedachten te beoalen worden opgemerkt, dat het nadeel voor de boerenleenbanken aan deze geldopneming verbon den, kan worden gesteld op het verschil tussen 33/2%, d.i. de rente, die verschuldigd is aan De Nederlandsche Bank en 2,4%, de rente, die door de Centrale Bank aan de boerenleen banken wordt vergoed. Dit verschil of 1,1% over het even tueel door tussenkomst van de Centrale Bank bij De Neder landsche Bank door een boeren'eenbank opgenomen bedrag zal derhalve in het verhoogde debet rente-tarief moeten wor den terug verdiend. Het komt ons aanvanke'ijk het meest bil lijk voor, indien de rente-verhoging bij de boeren'eenbanken, die onmiddellijk debet moeten gaan staan bij De Nederland sche Bank, over alle uitstaande credieten en voorschotten, die onder de post „Debetsaldi" vallen, wordt toegepast. Alsdan kan in individue'e gevallen de verhoging zo laag mogelijk worden gehouden. Het spreekt vanzelf, daf de toepassing van de crediefbeper- kingsregeling voor onze boerenleenbanken veel oplettend heid en ook wel enig extra werk vereist. Wij ontveinzen ons niet, dat dit het geval is, doch wij hebben ons uiterste best gedaan, toen was komen vast te staan, dat het onontkoom-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 20