7900
mef behulp van De Nederlandsche Bank nog mogelijk zal blij
ken om bij de toepassing daarvan met de hiervoor aange
duide belangen nog zo goed mogelijk rekening te doen
houden en moge de alom aan de dag tredende bezwaren
daartoe strekken, dat voor de toekomst de plaatselijke boe
renleenbanken bevrijd worden van een rechtstreekse beïn
vloeding van haar bedrijfsgestie door algemene overheids
voorschriften, die immers geen rekening kunnen houden met
de omstandigheden van de plaats of streek, waarvoor de boe
renleenbanken in het algemeen belang moeten werken.
De inhoud van de credietbeperkingsmaatregelen voor de
Centrale Bank.
Voor onze Centrale Bank komt de inhoud van de crediet-
beperkingsregeling onoeveer op hetzelfde neer als voor de
handelsbanken. De dekkingsmidde'en, waaronder behalve
de kasgelden worden verstaan de directe of op korte termijn
opvorderbare uitzettingen, die mef kasgeld kunnen worden
gelijk gesteld, zoals gelden in rekemnq-courant bij andere
banken, schatkistpapier en iaarskasaeldleningen aan gemeen
ten moeten worden aehandhaafd op het gemiddelde der op
30 September en 31 December 1949 aanweziae dekk'ngsmid-
delen, verhooqd of verlaagd met 1/3 van de sfijoing of de
daling van het bedrag der creditgelden ten opzichte van het
gemiddelde daarvan op dezelfde tijdstippen, dan wel mag
indien aemeld bedraa aan dekkinasmiddelen niet aanwezig
is, het totaal bedrag der debetsaldi n:et overschrijden 105°/o
van de stand van de debetsaldi od 30 September 1950. In
dien door de Cen'rale Bank zowel de norm van de vereiste
dekkino'm'ddelen alsmede de norm van 105% van de stand
der debetsaldi per 30 September 1950 wordt overschreden,
moet voor het aerinasie bedrag dezer overschrijdinq een
overeenkomstig bedraq in rekening-courant bij De Neder
landsche Bank worden opgenomen.
Bij de toepassing van deze reoelinq ten opzichte van de
handelsbanken enerzijds en de Centrales van boerenleenban
ken anderzijds is er dit verschil, dat voor de handelsbanken
ervan wordt uitgegaan, dat deze geen andere uitzettingen
hebben dan de z.g. liquide activa, die als dekkingsmiddelen
worden beschouwd en de uitzettingen in de vorm van debet-