7847 deze guldensrekeningen dezelfde rechten (maar ook plich ten) hebben als de deviezenbanken. Hier komen we dan bij het tweede onderdeel van deze deviezenvoorschriften: Waf mag er wel en wat mag er niet gebeuren met het tegoed, dat de emigrant op een spaarre kening bij de bank achterlaat? Het geld mag in het algemeen niet naar het buitenland worden overgemaakt en slechts bij wijze van hoge uitzondering verleent De Nederlandse Bar.k hiervoor toestemming. Voor betalingen in Nederland mag het spaartegoed in zeer vele gevallen echter wel worden gebruikt. Wel is ook hiervoor steeds een deviezenvergunning vereist, doch indien de redelijkheid der betaling kan worden aangetoond, zal in de meeste gevallen de gevraagde ver gunning wel worden verleend. Zelfs heeft De Nederlandsche Bank een reeks algemene deviezenvergunningen verleend voor betalingen binnen Nederland: voor zulke betalingen behoeft dan niet vooraf vergunning te worden gevraagd, doch de boerenleenbank kan deze betalingen doen indien de emigrant of diens gemachtigde daartoe opdracht geeft. Op deze wijze kunnen ten laste van de rekening van de emi grant o.m. worden betaald: 1) abonnemensgelden op in Nederland uitgegeven dagbla den, weekbladen en andere tijdschriften, waarop de emi grant is geabonneerd; 2) contributies en soortgelijke bijdragen aan in Nederland gevestigde stichtingen, verenigingen etc.; 3) 50,per maand voor kleine aankopen in Nederland (b.v. boeken) en voor het geven van kleinere geschen ken van persoonlijke aard; 4) levensverzekeringspremiën, verschuldigd aan een Ne derlandse verzekeringsmaatschappij; 5) 60,per dag per gezinslid als men nog eens in Ne derland verblijft (hetgeen zeker van belang is voor de boeren, die naar Frankrijk emigreren); 6) kosten in verband met het beheer van het vermogen in Nederland; 7) ondersteuning van ingezetenen hetzij op grond van wet telijke plicht, hetzij berustend op een verplichting van moraal en fatsoen (b.v. bijdrage in hef levensonderhoud van ouders in Nederland);

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 25