7779
vorig jaar. Deze grotere uitvoer komt voor rekening van een
groot aantal producten. In het bijzonder moet worden ge
noemd de uitvoer van eieren: in de periode Jan.-Aug. 1950
voor meer dan 100 miilioen tegen nog geen 30 millioen
in de zeltde maanden van 1949.
Begroting van Landbouw.
In de Memorie van Toelichting bij de Begroting Landbouw
1951 geeft de Minister een korte uiteenzetting van hef land
bouwbeleid, dat naar zijn mening moet worden gevoerd. Dit
beleid moet er vooral op gericht zijn de agrarische productie
in ons land op te voeren om de voedselvoorziening van Ne
derland zoveel mogelijk uit eigen productie te doen geschie
den en een zo groot mogelijk deviezenoverschot te kwe
ken. In verband met de beperkte mogelijkheden van vee
voeder-invoer moet de ruwvoederwinning in eigen land aan
zienlijk worden opgevoerd.
Veel is in de laatste jaren in deze richting bereikt. Zo is de
veestapel na de oorlog ondanks een betrekkelijk geringe
veevoederimporf snel uitgebreid; in September j.l. bedroeg
de varkensstapel reeds meer dan 2 millioen stuks, n.l. 2,2 mil
lioen, een aantal varkens dat nog nimmer tevoren in Neder
land is geteld.
Een groot voordeel van een hoge productie, en speciaal
van een hoge voederproductie op het eigen bedrijf, is, dat op
deze wijze de op het bedrijf aanwezige arbeidskrachten meer
volledig gebruikt kunnen worden. Dit is vooral voor de kleine
gemengde bedrijven, welke veelal een bepaald arbeidsover-
schot vertonen, van niet te overschatten betekenis. De Minis
ter meent, dat de oplossing van hef kleine-boeren vraagstuk
vooral in deze richting moet worden gezocht.
In deze Memorie wordt ook ingegaan op de te voeren
prijspolitiek in de agrarische sector. Een daarbij gedane uit
lating doet niet erg geruststellend aan. De Minister wijst er
n.l. op, dat bij de kostprijsberekening voortaan meer op de
bedrijfsmogelijkheden dan op de feitelijke toestand in de
bedrijven gelet zal moeten worden en dat de prijzen, voor
de zgn. basisproducten vast te stellen, een stimulans zullen
moeten inhouden voor een meer efficiënte bedrijfsvoering.
