7783 a. conversie in 3J4% Nederland 1948; b. aflossing pari per 1 Juni 1948; c. conversie in 3°/o Nederland 1962/64. Van deze beide leningen, die werden aangevuld uif vrije inschrijving, geven wij hieronder de voornaamste kenmerken. 3J4% Nederland 1948. Deze lening is groot 360 millioen gulden en werd uitgege ven gedeeltelijk ter conversie van de aflosbaargestelde 3- 3H% Staatslening 1938 en voor het overige tegen vrije in schrijving a 100^2%. De obligaties zijn uitgegeven in coupures van 1000, (met halfjaarcoupons per 1/6 en 1/12) en van 500,en 100,(met jaarcoupons per 1/6). Deze stukken kennen geen belastingfaciliteit en kunnen derhalve niet voor belastingbetaling worden aangewend. De aflossing geschiedt a pari en is als volgt geregeld: op 1 Juni van de jaren 1959 tot en met 1968: telkens 1/4%. op 1 Juni van de jaren 1969 tot en met 1978: telkens 2°/o. op 1 Juni van de jaren 1979 tot en met 1988: telkens 3%. op 1 Juni van de jaren 1989 tot en met 1998: telkens 3/°/o. Verstrekte of algehele aflossing is te allen tijde toege staan, met dien verstande dat zij tot 1 Juni 1968 geschiedt a 101%, daarna a pari. De mantels der in 3j4% Nederland 1948 geconverteerde obligaties 3-3j^% Nederland 1938 dienen voorlopig (zeer waarschijnlijk tot 1953) als deelnamebewijs in 3%°lo Neder land 1948; de couponbladen van de 3-3j^% Nederland 1938 werden omgewiseld in nieuwe couponbladen met coupons tot 1953. Tegen de vrije inschrijvingen 100/^% werden recepissen afgegeven. Thans zijn dus van deze lening in om loop (en ter beurze dooreen leverbaar): a. recepissen met daarbijbehorende couponbladen (afkom stig uit vrije inschrijving); b. mantels van de 3-3 V2Nederland 1938 met voorlopige couponbladen van de 3/4% Nederland 1948 (afkomstig uit conversie van 3-3/4% Nederland 1938 in 3/4°/o Ne derland 1948).

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 13