7681
Reglement van kracht. Voorzover de beheerders bij de cre-
diet- en voorschotverlening met wijzigingen hebben reke
ning te houden, willen wij hier op enkele punten van belang
wijzen.
Vooropgesteld moet worden, dat de Algemene Vergade
ring der Centrale Bank overeenkomstig het advies van de
Commissie van Vertegenwoordigers der Locale Banken heeft
beslist, dat de taakomschrijving der boerenleenbanken op
dit punt ongewijzigd blijft: zij zijn bij haar crediet- en voor
schotverlening beperkt tot die aan leden ter instandhouding
en verbetering van hun landbouwbedrijf, alsmede van leden-
rechtspersonen (artikel 47 lid 3 der nieuwe Statuten). Cre-
dietverleningen aan middenstanders en industriëlen blijven
derhalve uitgesloten, doch de wijzigingen, welke daarnaast
in de statuten werden aangebracht, hebben dan ook alle de
strekking om de crediet- en voorschotverlening aan land
bouwers en tuinders, aan hunne coöperaties en instellingen
zo doeltreffend en goed mogelijk te doen geschieden. Naasfr
de beperking, welke de banken steeds hebben gekend, is
haar op vele punten ruimer armslag gegeven om haar tradi
tionele taak in het belang van boer en tuinder te vervullen.
Dat bij wijze van belegging ook uitzettingen buiten de land
bouw, mits gedekt door eerste hypotheek op courant onder
pand met ruime overwaarde, kunnen geschieden, is reeds
herhaaldelijk onder de aandacht gebracht. De nieuwe Sta
tuten noemen de beleggingswerkzaamheden op meerdere
plaatsen en onderwerpen deze aan de goedkeuring der
Centrale Bank. Ook andere zakelijke dekking is voor een be
legging zeker niet uitgesloten: te denken valt aan verpan
ding van een prima gedekte hypothecaire vordering, van
een polis tot ten hoogste de afkoopwaarde, van officieel ge
noteerde effecten met flinke overwaarde.
Vanzelfsprekend is de soliditeit der uitleningen als eerste
vereiste gehandhaafd en blijft de eis van voldoende dekking
bestaan. Blanco credieten of voorschotten mogen slechts ge
schieden aan rechtspersonen, werkzaam op het gebied van
de landbouw met naar het oordeel van de Centrale Bank
voldoende gegoedheid van de rechtspersoon zelve en vol
doende geregelde aansprakelijkheid der leden (art. 49 lid 1
sub a der nieuwe statuten). Reeds in art. 27 is bepaald, dat