7703
minisfratie zal worden ingeschreven, indien en zodra van
deze overdracht onder overlegging van bescheiden wordt
kennis gegeven aan de Minister van Wederopbouw en Volks
huisvesting.
10. Degene, aan wie een premie is verleend, moet aan
de met controle belaste personen te allen tijde toegang ver
lenen tot het terrein, waarop de bouw plaats vindt of zal
plaats vinden. Bovendien moet hij aan de controle-ambte
naren inzage geven van alle tekeningen en bescheiden, die
op de bouw betrekking hebben en deze ambtenaren in de
gelegenheid stellen alle op de bouw betrekking hebbende
gegevens te controleren.
11. Een van de voornaamste voorwaarden welke aan de
toekenning van een premie zijn verbonden, is wel deze, dat
de woningen tegen geen hogere huurprijs mogen worden
verhuurd dan de door de Minister van Wederopbouw en
Volkshuisvesting bij de toekenning van de premie vastge
stelde huurprijs. Deze huurprijs zal ongeveer 30% hoger zijn
dan die, welke gold voor soortgelijke woningen per 9 Mei
1940. Bouwt men met Rijkssteun dan is men dus niet vrij in
de vaststelling van de huur.
12. Zoals hiervoor onder punt 3 is gezegd, is aan elke
Gemeente een bepaald bouwvolume toegewezen, hetwelk
voor de premieregeling in aanmerking kan komen. Men kan
echter, indien dit bouwvolume is uitgeput, na verkregen
bouwvergunning van de Gemeente ook op eigen kosten
gaan bouwen, in welk geval men vrij is in de vaststelling
van de huur. Op dit laatste zal nog nader worden terugge
komen bij de behandeling van de nieuwe Huurwet in het
Augustusnummer.
Daar echter het bouwen zonder premie grote financiële
bezwaren met zich brengt, is door de Minister van Weder
opbouw en Volkshuisvesting bepaald, dat het aan de Ge
meente voor de bouw met Rijkssteun toegewezen bouw
volume met de helft mag worden vermeerderd, indien de
bouwer bereid is genoegen te nemen met 60% van de pre
mie (Verminderde premieregeling Woningbouw 1950). Door
derhalve genoegen te nemen met een vermindering van de
premie tot op 60% kan men, bij uitputting van het ocrspron-