II. Zegelwet. 7652 dracht binnen drie maanden te handhaven bevreemdt, daar beiden, zoals gezegd, om dezelfde reden in de v/et zijn op genomen. D. de gratis registratie van onderhandse acten, niet ouder dan drie maanden te doen vervallen. Zoals bekend wordt verondersteld, kunnen onderhandse acten, niet zijnde acten van transport of van ruiling van onroerende zaken of andere aan evenredig registratierecht onderworpen stukken, gratis worden geregistreerd, indien zij binnen drie maanden na haar dagtekening ter registratie worden aangeboden. Voor gesteld wordt deze gratis-registratie op te heffen en bij registratie binnen drie maanden na dagtekening van niet aan evenredig recht onderworpen acten een vast recht te heffen van 0.50 en bij registratie na drie maanden na dagtekening het registratierecht te brengen van 1.50 op 3. Ook de wijzigingen van de Zegelwet betreffen voorname lijk een tariefsverhoging. De voorgestelde verhogingen, wel ke voor de Boerenleenbanken van belang zijn, zijn de navol gende: A. Onderhandse stukken, die thans aan een zegelrecht groot resp. 0.30, 0.50 en 1zijn onderworpen, zullen belast worden met resp. j 0.50, 1en 2. Onderhandse volmachten en borderellen zullen dus, indien de voorgestelde wijzigingen wet worden, gezegeld dienen te worden met 0.50 terwijl het zegelrecht van de andere bij de Boerenleenbanken in gebruik zijnde contract-formulie ren wordt verdubbeld. Teneinde deze verzwaring van het zegelrecht tot een minimum te beperken, zullen de bestaande contract-formulieren te zijner tijd aan een herziening worden onderworpen. B. Het zegelrecht van kwitanties, bewijzen van storting en creditering, saldotrekkingen en saldobiljetten wordt verhoogd van 0.10 tot 0.15. Tegenover deze verhoging staat echter een verruiming van de vrijstelling van evengemelde stukken. Deze stukken zijn thans, afgezien van de hierna te noemen Algemene Vrijstelling, vrij van zegel als zij betrekking heb-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 22